Beslist Geen Socialist!

27 januari 2024 • 00:00 door Manuel Kneepkens
Beslist Geen Socialist!
Martin Bosma Foto SDV Bou cco

De Nieuwe Kamervoorzitter Bosma is zijn werkzaamheden begonnen met het voorlezen van ...een gedicht. En wel een gedicht van Gerard Reve. Waarom juist Reve? Met die keuze maakte Bosma een pijnlijk duidelijk statement, al heb ik de indruk dat maar weinigen dit begrepen hebben. .

In 1975 hield Gerard Reve tijdens de poëzienacht in Kortrijk een schokkende voordracht. Reve verscheen op het podium gekleed in een zwart overhemd met een zilveren kruis op de borst, met daarnaast een paar andere zilveren symbolen, hamer & sikkel, een Ban de Bom-teken en een hakenkruis. Met luide stem declameerde hij zijn gedicht Voor eigen erf. Bij de slotzin “Op naar de Blanke Almacht!' stak hij zijn witgebalde vuist omhoog.

Vier jaar eerde in 1971 schreef Reve aan Simon Carmiggelt: “Ik ben er erg voor dat die prachtvolken zo gauw mogelijk geheel onafhankelijk worden. Zodat we ze allemaal met een zak vol spiegeltjes en kralen op hun Tjoeki Tjoeki stoomboot  kunnen zetten op enkele reis Takki Takki Oerwoud.

Collega-schrijver Harry Mulisch zag het met lede ogen aan. Hij schreef in 1976 het pamflet “Het ironische van de ironie”.
Reve was door de dubbele bodem van de ironie zijn gezakt. “Wie ironisch spreekt zegt het tegendeel van wat hij meent, maar zodanig dat een ander dat doorziet. Reve zegt wat hij meent, maar zodanig, dat de ander dat niet doorheeft en denkt nog steeds met ironie van doen te hebben.”

Toen Bram Peper 15 jaar burgemeester van Rotterdam was, gaf hij een feest. Daarop was Gerard Reve met stip de hoofdgast. Gerard sprak toen de memorabele woorden: “Bram is een fatsoenlijk man. Beslist geen socialist!”
Dat laatste had Gerard pijnlijk goed gezien.
Inmiddels weten wij immers dat de Joop den Uyl-lezing die Wim Kok hield op 11 december 1995 in De Rode Hoed in Amsterdam, de beruchte “Ideologische Veren” lezing, geschreven is door ghostwriter Bram Peper.
De sleutelzin daarvan luidde: “Het afschudden van de ideologische veren is ...in bepaalde opzichten een bevrijdende ervaring.”
Bevrijdende ervaring? De Leer van de Sociaal-Democratie overboord? Joop Den Uyl, tot wiens eerbetoon zo'n lezing wordt geacht te worden gehouden, de man van de spreiding van kennis, inkomen en macht, moet zich in zijn graf hebben omgedraaid.

Wij weten inmiddels ook dat die 'Ideologische veren' -zin aan Bram was ingefluisterd door zijn toenmalige levenspartner Neelie Kroes, de Marktfundamentaliste ! Beslist Geen Socialiste! Geen wonder dat de PvdA sindsdien zo gekelderd is.

Wat de vriendschap tussen die beide Beslist- Geen -Socialisten Reve & Peper betreft, die heeft uiteindelijk geresulteerd in Brieven aan Bram P. 1987 -1999.
Op zijn interesse in poëzie heb ik toentertijd Bram Peper aangesproken. En wel met mijn voorstel om de raadsvergaderingen met een gedicht te beginnen. Dat voorstel nam hij zonder meer over. Ik hoefde niet eens een motie in te dienen. Beslist-Geen – Socialist Peper was Beslist-Geen-Socialist Bosma ver voor!
Een tijd lang heeft toen, eentje per vergadering, ieder raadslid enthousiast zijn favoriete gedicht voorgelezen. En die gedichten zijn vervolgens gebundeld en fraai uitgegeven. Het boekje heeft nog jarenlang als relatiegeschenk van de gemeente Rotterdam gediend. Totdat de voorraad op was.

Maar Peper was niet de enige politicus onder invloed van Gerard Reve. Pim Fortuyn was het ook. Pim en ik waren begin Jaren Negentig beiden verbonden aan de Erasmusuniversiteit.
Op zekere dag werd ik door hem in mijn kamertje in de hoogbouw (H 16-23) bezocht En dat had de volgende reden. Docent criminologie was toen mijn baan, maar in mijn vrije tijd was ik redacteur van het litterair maandblad Rotterdams Mooi.
Pim had een fraaie roze met goud bedrukte enveloppe bij zich – zijn broer had een enveloppenfabriekje – en daarin bevonden zich een aantal gedichten van zijn hand, die hij gepubliceerd wenste te zien.
De invloed van Reve op Pims poëzie was overduidelijk. En wel de Meedogenloze Jongens-lyriek. Onder invloed van Markies Reve – Reve noemde zich zo n.a.v. Markies de Sade – was er in die gedichten bijzonder veel bejubeling van meedogenloze spanking op jongensbillen.
Het enige pruimbare gedicht vond ik De Fluitketel ( het enige waarin voor de verandering eens geen billenkoek...)

De Fluitketel – vrij naar Nijhoff

Wij stonden in de keuken, jij en ik
Ik dacht al dagenlang: vraag het vandaag
waarover wil je dat ik schrijf

Juist vangt de fluitketel te fluiten aan...

Over jou allerfraaiste lichaamsdeel?

En jij antwoordt, terwijl je langzaam
het druppelend water op de koffie giet

Mijn allerfraaiste lichaamsdeel

dat gaat jouw geen flikker ân!

Ik bracht die gedichten op de redactievergadering in. Die bestond toen behalve mijzelf uit Jana Beranová, Peter Bulthuis en Rien Vroegindeweij. De redactie zag er unaniem niks in. En het was aan mij om deze pijnlijke boodschap aan Pim over brengen. Wat onze onderlinge verhouding niet heeft bevorderd. Integendeel. En dat had grote gevolgen.

In 2002 marcheerde Pim met de (afgescheiden) rechtervleugel van mijn Stadspartij, de gemeenteraad in .Onderweg had die rechtervleugel zijn omvang kolossaal weten te vermenigvuldigen tot liefst 17 raadszetels. Ik bleef met 1 zetel eenzaam achter. Wel met het roze en gouden poëzie-envelopje Erotica (1), dat wel .Dat mocht ik van Pim houden.

In het kielzog van zijn grote voorbeeld Pim Fortuyn, heeft ook diens tovenaarsleerling Thierry Baudet zich aan de dichtkunst weten te vergrijpen. Dat gebeurde in de Tweede Kamer bij de Algemene Beschouwingen in 2018. Baudet droeg toen het gedicht  Oneindig wakker van Menno Wigman voor uit diens bundel Slordig met geluk. Dat gedicht eindigt zo:

...mooie dingen, mooie dingen allemaal, de treinen waarin ik gezoend heb, het zachte golven van dranklokalen, een meisjeskamer die naar adel geurt, het woord dat geen dag zich herhaalt, o, mooie dingen , en mijn mond benoemt het voor ik me met het domme zwart verzoend heb.

Die laatste regel had Baudet bruut vervangen door een van eigen makelij: En mijn mond benoemt het voor ik me met de rituele schijndebatten hier verzoend heb.
Het werd aanhoord.

Nederland, u laat uw poëzie toch niet gijzelen door poëtasters!
Besef dan toch… dat aldus óók uw democratie gegijzeld wordt! Gedenk de regel van Lucebert : “de lyriek is de moeder van de politiek”!
Laat ons het Parlement in ere herstellen. Laat het weer zijn, wat het hoort te zijn; het bruidsbed van de democratie...de vergadering van het weloverwogen woord !

(1)  Zo wat een half jaar geleden kreeg ik zo waar een bod op het envelopje. Van een gefortuneerde Fortuynist. Een ton! Ik heb toen geantwoord dat het niet te koop was. En dat het naar het Literatuurmuseum gaat .

Kreeg ik prompt een e-mail: U ontpopt zich als typisch een Rotterdammer, meneer K!100 %  zakelijk! U drijft de prijs op! Gelijk hebt u! Zou ik ook doen! O.K., vier ton!

Daar heb ik op geantwoord dat je tegenwoordig voor vier ton nauwelijks een (fatsoenlijk) huis koopt in Rotterdam. Dus wat is dat nou voor bod!

 “Wat is dat nou voor antwoord! “ hoor ik daar nu plots mijn innerlijke stem zeggen:  “Waar is nu opeens het Literatuurmuseum gebleven?  Wat als die Gefortuyneerde je 8 ton gaat bieden of zelfs een miljoen? Ga je dan toch door de bocht? Ben je uiteindelijk enkel maar een soort Pieter Omtzigt, althans Beslist Geen Socialist? ”

Commentaar

Mooi verhaal. Edoch als je met wat poëzie 4 ton kunt verdienen, dan dien je je als een Limburger te gedragen en niet als een stijve calvinist! Het zou mijn advies zijn dat geld maar gewoon te incasseren. Van die penningen kan je het Literatuurmuseum een forse schenking doen en daarnaast ook nog een mooie bundel van Pims werk laten uitgeven. ( Op roze Japans geschept papier met vergulde letters als opdruk, bv ...)
Verder heeft K. Rotterdam indertijd getrakteerd op het Brandgrensproject, een blijvende en zinnige herinnering aan het Bombardement van 1940.
Als K. 4 ton opstrijkt is het misschien ook wel wat om Rotterdam te gaan trakteren  op beelden in de buitenruimte van belangwekkende Rotterdamse vrouwen. K. heeft immers vaak, helaas zonder resultaat, op het schrikbarende tekort daaraan gewezen.
Een suggestie: begin met een beeldje De Uithaalster. Het eerste meisje dat in de haven betrapt werd, toen zij wat coke uit een container wilde halen. Toppunt van emancipatie zo iemand!.
Maar zonder gekheid, K. ! Een flard poëtische Pim weegt niet op tegen de mogelijkheden, die 4 ton je biedt.

A.Doorgeest








Over de columnist

Manuel Kneepkens

M.M.M. (Manuel) Kneepkens (Heerlen, 26 februari 1942) is een Nederlands dichter, publicist, politicus en jurist-criminoloog. 

Na het gymnasium op het Bernardinuscollege ging hij in Leiden rechten en criminologie studeren. In 1971 vertrok hij naar de Erasmusuniversiteit in Rotterdam. Daar was hij 23 jaar docent strafrecht en criminologie.

Het wordt tijd dat de bezem door deze zwijnenstal gaat
30 nov
Het wordt tijd dat de bezem door deze zwijnenstal gaat
Een naaldje meer of minder
30 nov
Een naaldje meer of minder
Cinerama in gevaar
23 nov
Cinerama in gevaar
Rood wit gaat nooit verloren
22 nov
Rood wit gaat nooit verloren
Talkshowterreur
17 nov
Talkshowterreur
Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.