Europa's digitale toekomst
Digitale techniek wordt op alle gebieden steeds belangrijker. Europa heeft daarin zijn zelfstandige plaats, ergens tussenin het autoritaire model van China en het zakelijke Amerikaanse model. Europa legt daarbij meer de nadruk op menselijke waarden. Dat betoogt Charles Michel, voorzitter van de Europese Raad in 'Digitaal in een gefragmenteerde wereld: de weg van Europa' op het FT-ETNO Forum** over de digitale toekomst van Europa.
Charles Michel: Ik heb de titel van mijn toespraak niet zelf gekozen, maar ik onderschrijf ze met plezier. Europa zal zeker zijn eigen manier hebben om voorop te lopen in het digitale tijdperk en ik zal graag uitleggen waarom ik denk dat dit binnen ons bereik ligt. Net als iedereen moeten we in de Europese Unie lessen trekken uit de Covid-crisis. Tijdens deze wereldwijde ontwrichting, die alle sectoren van het leven en de economie heeft getroffen, hebben we van veel het beste en het slechtste gezien, dat geldt ook voor de digitale wereld.
Technologie: gebruik en gevaar
We zagen dat technologie ons hielp om tijdens onze isolatie verbonden te blijven. We zagen dat het bedrijven ondersteunde om, zo niet alle, dan toch een deel van de activiteiten te behouden. We zagen ook hoezeer de digitale kloof in onze samenlevingen de ongelijkheden vergroot. En we realiseerden ons hoe gevaarlijk en kwetsend desinformatie kan zijn, juist in tijden van crisis, wanneer informatie letterlijk levensreddend kan zijn.
Welzijn veel meer dan alleen het heilige Bruto Binnenlands Product
We zagen ook hoe onze te sterke afhankelijkheid van externe leveranciers, voor ogenschijnlijk gewone goederen [red.: beschermingsmiddelen], een ernstig risico vormden voor onze samenlevingen en onze economieën.
Persoonlijk denk ik dat er een nog fundamentelere les uit de crisis kan worden getrokken: we hebben in onze landen decennialang geen oorlog meer meegemaakt. We hebben nu simpelweg het meest kostbare in onze samenlevingen herontdekt: menselijk leven en gezondheid. Daarom ben ik ervan overtuigd dat welzijn het middelpunt van onze zorg moet zijn. Ik denk dan aan zowel het individuele als aan het collectieve welzijn. Heeft de crisis ons er niet aan herinnerd dat er geen leven kan zijn zonder een sociaal leven?
Welzijn betekent veel meer dan alleen welvaart, veel meer dan het heilige Bruto Binnenlands Product. Welzijn betekent ook een zorgzame samenleving. Onze nieuwe Europese horizon zou het moeten zijn om onze sociale markteconomie naar een hoger, menselijker, niveau te tillen. En onze digitale hervormingen kunnen en moeten in dit proces een sleutelrol spelen.
Snelle maatregelen
Misschien heeft u in de eerste weken van de crisis gehoord of gelezen dat Europa traag reageerde. Toch weet ik zeker dat de meesten van jullie, lezers van de Financial Times, eerlijke en evenwichtige informatie daarover hebben ontvangen. U weet dus dat we van begin af aan gewaagde monetaire en financiële maatregelen hebben genomen om bedrijven en mensen te ondersteunen. Noodmaatregelen ter waarde van 540 miljard euro.
In juli keurde de Europese Raad een baanbrekende begroting goed, samen met een herstelfonds, van bij elkaar 1,8 biljoen euro. Daarvan zal 750 miljard worden opgehaald op de financiële markten via obligaties van de Europese Unie. Dit wordt het ‘Hamiltoniaanse moment’* van Europa genoemd.
Dit plan is veel meer dan een herstelplan of slechts een stimuleringspakket. Het is een strategie om onze samenlevingen en economieën te transformeren. En onze Green Deal en Digitale Agenda zullen als ruggengraat dienen.
Groen en digitaal
Twee cijfers spreken voor zich: 30% van de 1,8 biljoen euro moet worden geïnvesteerd in klimaatgerelateerde projecten. En deze week zal de Europese Raad hoogstwaarschijnlijk besluiten dat 20% van de financiële middelen moet worden besteed aan Europa's digitale transitie. Het toekomstige pad van Europa zal groen en digitaal zijn.
In het digitale domein willen we, zoals bij alles in onze economie, dat innovatie ten dienste staat van mensen. Technologische vooruitgang is zinloos als het leven van mensen er niet beter van wordt. We weten dat digitalisering een enorme vooruitgang zal inluiden – bijvoorbeeld op het gebied van gezondheid, mobiliteit, industriële productie en groene technologieën.
Charles Michel, voorzitter Europese Raad Foto Reg. België cc
Basiswaarden Europa
We moeten er daarom ook voor zorgen dat deze technologische ontwikkelingen de basiswaarden van onze Europese samenlevingen, zoals vrijheid van meningsuiting en privacy, daadwerkelijk bevorderen. Daarom was de Europese Unie streng bij het opstellen van wetgeving, bijvoorbeeld over de bescherming van persoonsgegevens. Onze ervaring met gegevensbescherming [AVG] heeft ons laten zien hoe belangrijk die is.
In de digitale sector die van nature het meest globaal is, wilden we niet alleen onze eigen markt reguleren, maar er ook voor zorgen dat onze normen wereldwijd de toon zetten. Daardoor beschermen we niet alleen onze eigen menselijke en democratische waarden , we dragen ook bij aan het verspreiden van die waarden over de wereld.
Tussen Amerika en China
Een van mijn diepere overtuigingen is dat de waarden die ten grondslag liggen aan de Europese digitale ontwikkeling geen beperking zijn, ook geen beperking voor economische ontwikkeling. Integendeel: technologieën die de fundamentele vrijheden respecteren, clouds waar gegevens veilig worden opgeslagen en versleuteld, kunstmatige intelligentie die veilig, ethisch en betrouwbaar is, zullen een wereldwijd concurrentievoordeel opleveren voor onze bedrijven. Tussen het Amerikaanse model van ‘zakendoen boven alles’ en het autoritaire model van de Chinese staat is voldoende ruimte voor een aantrekkelijk en mensgericht model. Dat, dames en heren, is misschien wel onze onderscheidende weg, ‘Europe’s way’, naar de digitale revolutie.
Als we wereldwijd normen willen stellen, moeten we leider zijn op het gebied van digitale technologieën. We moeten ook strategisch autonoom zijn. In beide opzichten twijfel ik er niet aan dat we op de goede weg en daadkrachtig zullen optreden.
Data zijn overal Foto Pete Linthforth Pixab
Data als als industriele brandstof
Industriële data zullen de brandstof zijn van de digitale ontwikkelingen van morgen. En het grootste deel van deze gegevens is Europees. Thierry Breton, commissaris voor de Interne Markt, zegt altijd: ‘de winnaars van gisteren zijn misschien niet de winnaars van morgen als het gaat om industriële data. Omdat de platforms die we kennen, die voornamelijk zijn gebouwd op een B2C-model [business naar consument-model], dat er niet op voorbereid is om te voldoen aan de technische, veiligheids- en servicevereisten die de industrie of overheidsinstanties nodig hebben’.
Europese cloud
We moeten snel handelen en investeren in drie belangrijke gebieden.
Ten eerste, data. We moeten het potentieel van data volledig benutten. We moeten Europese gegevensopslagcapaciteit creëren. En we moeten de ontwikkeling van supercomputers en kwantumcomputers stimuleren. Deze moeten veilig zijn op twee kritieke gebieden: Onze cybersecurity moet keihard zijn: de opgeslagen data en onze infrastructuren moeten worden beschermd tegen alle dreigingen en aanvallen. En we moeten garanderen dat gegevens op een transparante en redelijke manier worden gebruikt.
Het is bijvoorbeeld zinvol om onze gezondheidsgegevens te gebruiken voor onderzoeksdoeleinden en wetenschappelijke vooruitgang. Maar verzekeringsmaatschappijen die onze individuele gegevens, met kunstmatige intelligentie, gebruiken om klanten te selecteren en de winst te optimaliseren, zijn niet acceptabel. Ik ben er ook van overtuigd dat deze veilige en beveiligde clouds een ‘Stored in Europe’ -merk zullen vormen dat tevens een concurrentievoordeel zal opleveren.
Waardeketens
Ten tweede: halfgeleiders en microprocessors. Dit zullen de basiselementen zijn van waardeketens die objecten, auto's en telefoons verbinden met edge-computing [red: opslag en verwerking dichter bij de bron]. Het creëren van de industriële capaciteit voor deze micro-elektronica is een sleutel tot het veiligstellen van onze Europese digitale soevereiniteit. Tegenwoordig is Europa goed voor 10% van de wereldwijde productie. We moeten 20% halen.
5G
Ten derde: we moeten de invoering van snelle en veilige connectiviteit in heel Europa versnellen. De ontwikkeling van 5G staat hierbij centraal. Dit is ook cruciaal om de digitale kloof te dichten, een onaanvaardbaar obstakel voor sociale integratie en, zoals we hebben gezien tijdens de pandemie, voor onderwijs. Maar we moeten al verder kijken dan 5G. Een satellietproject met een lage baan om de aarde zou overal in Europa snelle verbindingen kunnen bieden.
Deze drie industriële projecten zullen essentieel zijn om onze strategische autonomie te waarborgen en digitale soevereiniteit zal daarin een grote rol spelen.
Verantwoordelijkheid nemen
Wij als Europese autoriteiten zijn verantwoordelijk voor het scheppen van de voorwaarden voor deze zakelijke innovaties. En we nemen die ook: de Europese Commissie komt eind dit jaar met een voorstel voor een Digital Services Act. En deze week zal de Europese Raad de Commissie opdragen met een digitale routekaart te komen. Daarmee zijn de middelen en mijlpalen aangegeven om onze digitale ambities in 2030 te realiseren.
We zullen de Commissie ook vragen een kader voor te stellen voor een Europese digitale identificatie, een e-ID. Ik hecht veel belang aan dit project. Een betrouwbare en veilige digitale identiteit zal het leven van burgers vereenvoudigen. En bieden ze enorme voordelen bij het omgaan met overheden en bedrijven. Het zal ook meer grensoverschrijdende transacties stimuleren en de integratie en aantrekkelijkheid van onze interne markt bevorderen.
Normen bepalen
Europa heeft op dit gebied een strategische kaart te spelen. We moeten onze eigen normen bepalen. In plaats van die van Amerikaanse en Chinese platforms te gebruiken. Het stellen van onze eigen technologische standaarden heeft ons in het verleden goed gediend - denk aan het Global System for Mobile Communications (GSM).
En een van de belangrijkste voordelen van Europa bij het vormgeven van mondiale normen is onze regelgevende macht. Dit breidt onze invloed uit tot ver buiten onze Europese grenzen.
Tenslotte, zoals een bekende spreker over het digitale, Steve Jobs, altijd zei: ‘Nog een ding ...’. Ik moet ook iets zeggen over eerlijkheid op de digitale markt. Grootschalige activiteiten op dit gebied ontkomen niet langer aan een eerlijke belastingheffing. De Europese Unie zet zich, naast de OESO en de G20, in voor internationale samenwerking om dit onrecht te corrigeren.
Toonaangevend
We willen toonaangevend zijn op het gebied van digitaal. We willen onze strategische autonomie versterken. En we willen sterker zijn, een welvarender en rechtvaardiger wereld opbouwen. Dank je.
[red: Naar Alexander Hamilton, die de financiën van de VS rond 1800 gezond kreeg]