Updates van de Western als genre

29 oktober 2018 door Ronald Glasbergen
Updates van de Western als genre

Jaques Audiard (2018) ‘The Sisters Brothers’. De titel windt er geen doekjes om. Dit is een Western. Maar wel eentje die conventies oprekt en op zijn kop zet. Allereerst is er het verhaal naar het gelijknamige succesvolle boek van de Canadees Patrick deWitt. Dat verhaal mag er zijn, het doet denken aan de superieure 'border trilogy' van Cormac McCarthy, maar het is door zijn setting halverwege de 19e eeuw meer een klassieke filmwestern. Een verhaal dus dat speelt in de gebieden van de nog wetteloze pioniers en avonturiers van Amerika's Manifest Destiny.


Niet dat de mannen en een handvol vrouwen in al die boeken en films gedreven worden door politiek of idealen. Wat ze drijft is onduidelijk, soms de zucht naar avontuur, naar een nieuw onbesmet leven of naar snel geld. Zo wordt Harvardman Andrews, in het boek 'Butcher's Crossing' (John Williams), in 1870 gedreven door romantische onrust en nieuwsgierigheid naar de bisonjacht. In boek en film ‘The Sisters Brothers’ is de scheikundige Hermann Kermit Warm (Riz Ahmed) uit ondernemingszin naar het westen getrokken. Hij heeft een methode ontwikkeld om gemakkelijker goud op te sporen. Dat maakt hem tot doelwit. Zijn kennis moet hem ontfutseld en daarna moet hij gedood worden. Opdrachtgever is de Commodore (Rutger Hauer) die een misdaadsyndicaat runt.

Spannende antropologie van het Wilde Westen
John Morris (Jake Gyllenhaal) moet Warm opsporen. Eli en Charlie Sisters (John C Reilly en Joaquin Phoenix) moeten hem doden. Het maakt niet uit waarom Warm dood moet. Ze hebben er opdracht toe gekregen en worden ervoor betaald door de Commodore. Dat is genoeg voor ze. Charlie en Eli zijn anders als de helden uit de films van Sergio Leone – Monco (Eastwood) en Harmonica (Bronson) –niet supersnel met hun revolvers. Nee, Patrick deWitt beschrijft en Jaques Audiard verfilmt ze als mannen die ‘gewoon goed zijn’ in het doden van mensen. In onze samenleving zouden het misdadigers of psychopaten zijn, mensen die je zo snel mogelijk achter de tralies wilt zien. Het knappe van zowel schrijver deWitt als filmer Audiard is dat ze niet zoals Sergio Leone of de latere Quentin Tarantino een eigen universum scheppen waar hun moordzuchtige ‘helden’ perfect in passen. deWitt en Audiard creëren heel zorgvuldig een historische wereld, die van de pioniersranden van Amerika in de 19e eeuw, waar geen wet geldt. Het is dezelfde manier van werken als in Iñárritu’s magistrale ‘The Revenant’ (2015). Of als studie naar recentere tijden die van de Coen broers in 'No country for old men' (2007). Of van Taylor Sheridan’s 'Wind River' (2017) en 'Hell or high Water' (2016). Het zijn werelden zoals de onze, waar het kwaad onverwacht komt binnendonderen, zoals in slechte tijden gebeurt.

Terug naar ‘The Sisters Brothers’. deWitt beschrijft in zijn boek uit 2011 een revolverduel waarin ‘de ander’ duidelijk als eerste schiet. Dan pas schiet Charlie Sisters. ‘De ander’ is nerveus en bang wat op zo’n moment hetzelfde is, hij beeft en mist. Charlie mikt rustig en schiet raak. Hij treft de ander dodelijk in de borst. Het resultaat van de handeling komt niet voort uit schier mythische en bovenmenselijke vermogens, maar uit iets veel meer banaals.

Het geluid van Colt anno 1851
Een dan is er Audiard en het genre van de Western. Zijn eerste speelfilm ‘Regarde les hommes tomber’ ofwel ‘Kijk, hoe de mannen vallen’ uit 1994 was al een goeie eigentijdse versie van een gangsterfilm in de stijl van Jean-Pierre Melville (maker van ‘Le Samouraï’ uit 1967. Maar met ‘Sur mes Lèvres’ ofwel ‘Lees mijn mond’ uit 2001 en later met ‘Un prophete’ ‘De profeet’ uit 2009, ontsnapt hij door zijn genuanceerde scenario en regie aan het genre. Ongeveer zoals John Le Carré of Graham Green in een aantal van hun boeken, die technisch onder een bepaald genre vallen, door hun vormgeving aan de beperkingen ervan kunnen ontsnappen. In de film ‘The Sisters Brothers’ waarvoor hij ook het scenario schreef, wordt Audiard geholpen door acteurs als John C Reilly die de goedmoedige maar niettemin dodende reus Eli Sisters speelt, en door Joaquin Phoenix, typisch voor hem gecast als de meer duistere, gestoorde man met revolver. Goed zijn ook Gyllenhaal – in de film een stuk menselijker getypeerd dan in het boek – als John Morris en de wat uit de toon vallende Riz Ahmed als de uitvinder Hermann Kermit Warm. Audiard houdt van buitenbeentjes.

In ‘The Sisters Brothers’ zie je de filmmaker intussen genieten van datgene wat juist wel bij het genre past: de magistrale landschappen. Daarbij hoort het licht dat in het westen van de VS van de Stille Oceaan afketst in de luchten boven het land. De camera is van Benoît Debie.

De schoten uit de Colts in de film klinken zoals ze horen te klinken: hard en gemeen. Zoals ‘Saving Private Ryan’ van Spielberg die een nieuwe standaard zette voor geluid in een oorlogsfilm, zo doet ‘The Sisters Brothers’ voor de Western. Want jawel, Audiard heeft een Western gemaakt. Een film waarin één van de broers de tandenborstel ontdekt, maar ook een film die begint met een lange reeks doden. De Sisters broers zijn zelfs even de tel kwijt. Maar dan rent een paard schreeuwend van pijn en brandend de nacht in.

The Sisters Brothers draait vanaf midden oktober in de bioscopen

Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.