Eerste Wereldoorlog en Nederland (1)

Vele honderden zeelieden lieten het leven
Er wordt heel wat afgeschreven en herdacht omdat honderd jaar geleden de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Maar meestal gaat het – ook in de Nederlandse media – over de vernietigende loopgravenoorlogen met als voornaamste strijdende partijen Duitsers, Oostenrijkers, Fransen, Belgen, Britten en Russen. Nederland slaagde erin neutraal te blijven en daarmee lijkt de kous af.
Koopvaardij
Dat is niet zo. En daarom zullen we het komende jaar de gevolgen, maar ook de gevaren voor Nederland, de Nederlandse koopvaardij, leger en vloot in een aantal afleveringen belichten. Daarbij zijn ook, vooral bij de koopvaardij, vele honderden Nederlandse zeelui omgekomen. Als gevolg van mijnen en (Duitse) torpedo’s zijn vanaf 1915 tot en met 1918, 88 Nederlandse koopvaardijschepen tot zinken gebracht. Naar schatting ruim drieduizend slachtoffers.
Mobilisatie
In juli 1914 besloot de Nederlandse regering, gezien de oplopende spanning, tot mobilisatie van land- en zeemacht. Voor het leger werden 177.500 militairen opgeroepen. Verder werd beschikt over 6600 paarden, 400 kanonnen en 240 honden die de karren met mitrailleurs moesten trekken.
Bij enkele onderdelen arriveerden de dienstplichtigen behoorlijk dronken. Maar erger was dat de meeste soldaten na hun dienstplicht zowel hun militaire boven- als onderkleding bijna tot de laatste draad hadden versleten.
Nauwelijks munitie
Echt ernstig was dat toen pas bleek dat slechts over munitie voor een periode van veertien dagen kon worden beschikt. Een duidelijk signaal aan potentiële vijanden was dat de forten van de Hollandse Waterlinie en de nieuwe forten rond de vesting Amsterdam werden bemand en bewapend.
Voor de marine werden 9.000 dienstplichtigen opgeroepen. De vloot had haar zaakjes beter voor elkaar. Ingezet werden 3 kruisers, 22 grote torpedobootjagers, 5 kleine torpedobootjagers, 4 mijnenleggers en 1 mijnenveger.
Onderzeeboten
Daarnaast nog 10 kanonneerboten, 2 pantserboten en aanvankelijk 4, maar later 9 onderzeeboten. Marinevliegtuigen (de luchtmacht bestond nog niet) werden gestationeerd op Texel, in Schellingwoude en Veere. Direct werden de zeegaten bij Terschelling, Texel, IJmuiden, Hoek van Holland bewaakt. Toen de strijd om Antwerpen begin oktober 1914 beslissend leek te worden werden daar de Schelde en het Haringvliet aan toegevoegd.
Rond de val van Antwerpen vluchtten bijna een miljoen Belgen naar Nederland. Andere koek dan enkele tienduizenden Bulgaarse- en Roemeense (nieuwe) EU-werkzoekenden. Maar over die Belgen een volgende keer.