Schilderijen Arne en Henk van Vessem

Zoon wint van vader met schilderij-verkopen
ROTTERDAM/-ZEVENKAMP – Voor de Rotterdamse kunstschilder Henk van Vessem (72) was zijn gezamenlijke expositie met zoon Arne (31) eigenlijk een experiment.Onder de titel ‘Zo vader zo zoon’ opende hij een tentoonstelling in Cultureel Centrum Orion met een veertigtal van hun gezamenlijke abstracte schilderijen.Voor zoon Arne, met het syndroom van Down (mongoloïde), werd het meer een wedstrijd. Op de eerste dag verkocht hij veertien van zijn werken en zijn vader ‘slechts’ twee.
Het schilderen heeft Arne van Vessem dus niet van een vreemde. Vader Henk: ,,Al op jonge leeftijd nam ik hem mee op vakanties en als ik daar in den vreemde met mijn schildersezel bezig was, kwam hij heel leergierig naast mij zitten. Zo ontwikkelde hij al snel veel plezier in het tekenen en schilderen, zeker ook op mijn atelier. Mijn zoon Arne is gek op paarden en hij is zeer muzikaal. Dat zie je terug in zijn werken.’’
Wie de opening van de expositie die tot 7 juni duurt in het Cultureel Centrum Orion in Zevenkamp heeft gezien, had soms moeite te onderscheiden of nu de vader of de zoon het schilderij had gemaakt.
Henk van Vessem: ,,Gewoonlijk maak ik werken van zo’n twee bij drie meter, maar voor de gelegenheid paste ik voor deze keer het formaat, beeld en kleuren een beetje aan bij de kleine schilderijtjes van Arne. In het middelpunt van de belangstelling staan deed hem enorm goed. Zijn werkjes gingen voor enkele tientjes, maximaal 50 euro, ‘als warme broodjes over de toonbank’.’’
Orion
Arne zit al vanaf zijn achttiende levensjaar in werk- en woongemeenschap Orion. Hij werkt daar met leeftijdgenoten in een drukwerkplaats met simpele druktechnieken. Af en toe moet hij daarbij ook schilderen en zo is hij de laatste dertien jaar beroepsmatig bezig. In het atelier van Henk van Vessem lopen de gasten van Orion stage, waar zij onder leiding van de kunstenaar nieuwe druktechnieken leren, zoals etsen en zeefdrukken.
Samen met de moeder van Arne heeft Henk veel tijd en energie gestopt om hun geestelijk gehandicapte zoon het beste van het leven te geven. Zo lazen zij talloze boeken en literatuur over het ‘Syndroom van Down’ en hielden zij vele sessies met ouders die hetzelfde lot troffen.
,,Wij noemden dit destijds ‘Onze Syndroomclub’,’’ zegt Henk van Vessem, ,,met als voornaamste doel elkaar op te peppen. Wij zagen dit allerminst als straf, in tegendeel. Kinderen met dit syndroom zijn niet zelden hoog begaafd en geven ouders veel plezier in hun spontaniteit en ongeremdheid. Als ik bijvoorbeeld met Arne ga fietsen zwaait hij tegen iedereen die hij tegenkomt. En iedereen zwaait van harte terug. Dat is mij nog nooit gelukt als ik in mijn eentje ga.’’