Sparta's Kowalik: ‘KGB zat op tribune’

24 april 2014 door Zettie Leeuwenburgh
Sparta's Kowalik: ‘KGB zat op tribune’

'Onze Glorie' en een Kasteel in Rotterdam, over deze 'juwelen' gaat het in het nieuwe boek van de sportjournalist en schrijver Anton Slotboom.
Het kasteel is mooi om te zien, maar het is niets meer of minder dan een voetbalstadion. En de glorie? Ach, was het maar waar, de glorie is ver te zoeken bij Sparta!

Speelde deze fiere Rotterdamse club ooit in de hoogste regionen van het Nederlandse betaald voetbal, nu lijkt zij in een diep dal te zijn gezonken.

Sterk team
Anton Slotboom, zelf hartstochtelijk Sparta-supporter, stelde voor zijn boek een ijzersterk team samen dat hij laat vertellen over hun prestaties en ervaringen bij Sparta. Merkwaardig genoeg is de eerste alinea van zijn voorwoord zwak te noemen.

Omslag 'Onze Glorie'. Anton Slotboom over Sparta.

Het nodigt niet uit tot lezen. Laat de argeloze vader, die het gezeur van zoonlief in een boekwinkel zat is en het boek koopt om het vervolgens thuis eerst zelf te lezen, het voorwoord maar overslaan voordat hij 'Onze Glorie' met een reuzenzwaai in een prullenbak deponeert.
Elk hoofdstuk is boeiend en nodigt uit tot verder lezen, steeds met meer haast om te weten te komen wat er tenminste tien lange jaren fout is gegaan, wie de bodem heeft gelegd voor alle fouten en misverstanden, wie er nog over zijn, wie zich benadeeld voelt en wie er, ondanks alles, nog steeds heilig in Sparta gelooft!

Kowalik
Om een paar namen van geïnterviewde vertellers te noemen: wat te denken van Janusz Kowalik, speler van 1969 tot 1974 tijdens 123 wedstrijden en goed voor 67 goals? Hij doet de aftrap met de mededeling: ,,Ook bij Sparta zaten er spionnen van de communistische partij op de tribune."
Kowalik is een Pool, die op een slinkse manier naar de USA is ontsnapt, maar daar voortdurend wordt bedreigd door de KGB en zelfs een legertje van beveiligers om zich heen krijgt. Het is een bizar verhaal maar hij lijkt de waarheid te vertellen.

Schuld
De eerste voorzet met een aanwijzing naar een of meer 'schuldigen' geeft Henk ten Cate, trainer van 1995 tot 1997 en interim-trainer in 2013. Uit zijn verhaal blijkt al, dat er meer aan de hand is dan alleen af en toe een verkeerde beslissing van een scheidsrechter.
,,Begin 2013, vlak voor het 125-jarig bestaan van Sparta, kwam meteen de klad erin." Ten Cate was de jongste trainer, die Sparta aanstelde in 1995 en hij had een eigen aanpak. Toen hij in 2013 terugkeerde, bleek dat de eigen sfeer van 'het kasteel' volledig was verdwenen. ,,Het kantoor leek wel een vissenkom, alles was van glas en iedereen voelde zich bespioneerd."

Spelmoment uit een meer glorieuze periode. Arend Koudijzer scoort tegen Groningen. Op de achtergrond Janusz Kowalik.

Ten Cate noemt geen namen van 'schuldigen', omdat ten tijde van het interview een van hen nog op zijn post zit. Wel gaat hij uitvoerig in op een bezoek van RTV Rijnmond, die opnamen kwam maken. ,,Het leek wel of we meespeelden in een reality-serie. Het heeft de club in elk geval geen goed gedaan."

De Mos
Aad de Mos werd in 2010 interim-trainer tijdens zegge en schrijven acht wedstrijden. ,,Ik voelde me sterk en dacht echt dat ik Sparta kon redden." Dat lukte hem niet en tot overmaat van ramp krijgt hij het aan de stok met coryfeeën als Hugo Borst en Johan Derksen, beiden doorgewinterde supporters van Sparta.
De Mos vertelt o.m. over de wedstrijd tegen FC Utrecht, die al voor de rust met 0 - 3 was verloren. Hij haalde zonder pardon Erik Falkenburg eruit. ,,Erik liet wel vaker zijn mannetje lopen. In de eredivisie kan dat gewoon niet, Daar moet je aan werken, met zijn allen. Van die wissel moest hij uiteindelijk beter worden als speler, maar wij vooral als team!"
De kritiek, die op die wissel volgde, hoopt De Mos nooit meer mee te maken: ,,Je maakt onze talenten kapot schreef Hugo Borst en 'niet meer van deze tijd' vond Johan Derksen" De Mos vervolgt: ,,Maar ik moest met de beperkingen aan de slag, dat vonden de spelers zelf ook hoor. Falkenburg speelde vaak een wedstrijdje in een wedstrijd, dus lieten we hem in de week voor een wedstrijd videobeelden zien, waarvan hij kon leren, ook voor zijn eigen toekomst. Op hoger niveau wordt dat niet geaccepteerd."

Cor Pot
De eerste, die de koe bij de horens grijpt, is Cor Pot, speler van 1971 tot 1972. Tijdens vijf wedstrijden slaagt hij erin om geen enkel doelpunt te maken. In 2013 is hij toegetreden tot de raad van commissarissen.

Arjen van der Laan. Zelfs aan het geduld van de grootste Spartafanaat kan een eind komen. Foto Sportgeschiedenis.nl

Als dit jaar het tijdperk van technisch- en algemeen directeur Wiljan Vloet erop zit, slaat hij openhartig en genadeloos toe: ,,De situatie was totaal ongezond. Vloet was een 'alleen heerser'. Alle zelfvertrouwen ontbreekt in maart van dit jaar. Trainers binnenhalen alleen vanwege hun naam is gekkenwerk. Visie is belangrijker. En dan die donderspeeches van Vloet tijdens de rust in de kleedkamer, waar de trainer bij staat..."

Geduld op
Arjen van der Laan, speler van 1992 tot 1999 met 55 goals op zijn conto tijdens 213 wedstrijden, heeft dan al eerder in 'Onze Glorie' laten aantekenen, dat zelfs aan het geduld van de grootste Spartafanaat een eind kan komen.
De man die diverse malen interim-trainer was, is dan voor de zoveelste keer 'terug naar af'. En is weer trainer van een jeugdteam, een opleiding die hijzelf heeft opgezet naar het voorbeeld van Go Ahead Eagels, nadat hij zich onder een contract bij FC Dordrecht uit heeft gewurmd. ,,Elke keer weer werden er beloftes gedaan, steeds werd er een andere 'keizer' op 'de troon' gezet."

Het luisteren moet auteur Anton Slotboom uren hebben gekost, maar zal hem nooit hebben verveeld. Foto: LiveXS

Van der Laan weet dan al heel lang dat hij, zowel als speler maar ook in latere functies, zijn huid veel te goedkoop heeft verkocht. Telkens als er echter over geld kon worden gepraat, klapte hij dicht of werd hij op een slimme manier ‘buitenspel’ gezet.
,,Een klap is niet zo hard als je hem al van een kilometer ziet aankomen," zucht hij. In zijn verhaal over geven en nemen, schuilt ook een waarschuwing: Clubicoon Arjen van der Laan dreigt 'Het Kasteel' te verlaten. ,,Het houdt ergens op. Ik moet toch verder."

 

Luisteren
Dit zijn maar een paar van de elf 'vertellers', die Anton Slotboom aan het woord laat. Hij is iemand die luistert en luistert, en soms een vraag stelt. Heel nauwkeurig weet hij een vinger op de zere plek te leggen om vervolgens weer heel rustig af te wachten wat er verder los wil komen over en rond Sparta en 'Het Kasteel'! Het 'luisteren' moet hem uren hebben gekost, maar nooit hebben verveeld.

Conclusie: 'Onze Glorie' is een boek dat in de winkel niet meteen zal opvallen. Hooguit het Rood-witte shirt en de voetbal op het kaft trekken de aandacht. Toch kan ik het iedereen aanraden, ook de arts of huisvrouw, die wel eens naar een voetbalwedstrijd op de tv kijkt. Die niets van Sparta afweten, maar wel wat interesse hebben voor de club, die er ook volgens mij weer bovenop komt, tenzij opnieuw verkeerde beslissingen worden genomen.
Opnieuw een KNVB-beker winnen, zou al een mooie, stimulerende opsteker zijn!

 

 

Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.