De moord die de wereld schokte

21 november 2013 door de Redactie
De moord die de wereld schokte

Dallas, 22 november 1963. Tijdens een rijtoer in een open wagen door Dallas Texas in Amerika wordt de president van de Verenigde Staten getroffen door twee kogels uit het wapen van een scherpschutter. John F. Kennedy zou kort daarna overlijden aan zijn verwondingen. De wereld ontving dit bericht geschokt. Wat waren de gevolgen? Er zijn van die momenten die je je hele leven bij blijven.


Hoe beleefde u en/of uw omgeving de moord op John F. Kennedy. Wij legde deze vraag voor aan de redactieleden van Rotterdam Vandaag & Morgen met als resultaat tien korte, zeer persoonlijke, verslagen.

* * *

De nieuwe tv ging gelijk weer uit

Ik had mij die avond in mijn rokkostuum moeten hijsen. Om vervolgens vrolijk naar de Maaltijd van de Annuariumcommissie van Sanctus Augustinus te gaan. De studentenvereniging in Leiden, waarvan ik toen lid was. Die commissie was verantwoordelijk voor het Jaarboek (Annuarium).
Het eerste exemplaar van het Annuarium 1963/1964 zou die avond uitgereikt worden aan de Praeses van de Vereniging, waarna het Annuariumfeest tot in de kleine uurtjes zou losbarsten.
Die maaltijd was in het restaurant Nieuw-Minerva, het restaurant achter de sociëteit Minerva.
Tussen de soep en het hoofdgerecht stevende er een ontdane ober binnen.
,,Kennedy is vermoord door een scherpschutter!’’

Praeses Annuarium belde de vereniging. Ging het Annuariumfeest nog door?
Praeses Vereniging bleek het feest al te hebben afgelast…!
Wonderlijk, hoezeer wij twintigjarigen, daar in dat achteraf-’Anton Pieck’-stadje Leiden, ons zo verbonden voelde met de machtigste man op aarde, de president van de Verenigde Staten.
Dat wil zeggen, wij, de jongens…
De meisjes minder. Die bleken behoorlijk teleurgesteld! Hadden zich zwaar opgetut en overdadig geparfumeerd en 'belippestift'… en nu ging het hele feest niet door!
Dus wij, de ‘Heeren’, waren zo goed niet of we moesten nog eindeloos met ze rondhangen in café ’de Saint’ en later het ’Doelenhuisje’.
Ten slotte moesten er nog flessen wijn worden opgedronken op de kamer van de vice-praeses Annuarium Cees S.
De torenklok van het nabije stadhuis sloeg vier, toen ik Yvonne vluchtig op de lippen kuste onder de opkomende maan boven de Oude Rijn.

De volgende ochtend werd ik gebeld door mijn ontdane ouders uit het verre Limburg. Ze hadden de dag tevoren…een TV aangeschaft. Tot dan toe een onbekend object in mijn ouderlijk huis.
Vervolgens hadden ze het toestel aangezet om het Journaal te zien. En het eerste waarmee ze werden geconfronteerd was… de moord op Kennedy!
Ze hadden de tv meteen weer uitgedaan!

Manuel Kneepkens, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen

* * *

Die Hagenezen sloegen me bijna voor mijn bek

Op vrijdagavond 22 november 1963 zo rond zeven uur werd ik door mijn hospita in de Haagse Galileïstraat aan de telefoon geroepen. Het was mijn chef van de Haagse stadsredactie van Het Vrije Volk. Er was iets met president Kennedy en ik moest onmiddellijk naar de krant komen. Twee maanden eerder was ik daar begonnen als leerling-journalist. Wij hadden een kantoor aan de Prinsengracht. Recht tegenover ons zat de Haagse katholieke krant ‘Het Binnenhof’. Even verderop de drukkerij, redactie en andere afdelingen van de Haagse Courant.
De plaatsvervangend chef, de aimabele Paul van der Put, had iets origineels voor me verzonnen. In de bioscopen draaiden de eerste voorstellingen. Ik moest zo veel mogelijk bioscopen aflopen om de eerste reacties van de nog onwetende bezoekers te noteren.

De verbijstering was groot. Sommige mensen geloofden het niet. Naarmate ik de bioscopen in en rond de Schilderswijk naderde werd de toon grimmiger. Bij het verlaten van een cowboy- film balden een groepje namaak John Waynes hun vuisten. ,,’t Is niet waar. We slaan je voor je bek.”
Met gezwinde spoed rende ik terug naar de krant. Goedkeurend knikkend las hij mijn stukje. Alleen de zin waarin het dreigen met lichamelijk geweld werd gemeld schrapte hij. ,,’t Zal best,’’ zei hij. ,,Maar we blijven een arbeiderskrant.’’
De volgende dag bespraken we bij het politierapport met de andere leerling- journalisten de gebeurtenis. Er waren nog zes kranten. Maar de politieverslaggever van de Haagse Courant had nog een nieuwtje. Zijn steenrijke krant had direct een verslaggever op het vliegtuig naar Dallas gezet. Daar konden we niet aan tippen.

Geert-Jan Laan, hoofdredacteur en eigenaar Rotterdam Vandaag & Morgen

* * *

Leermeester Kennedy

In Canada woonden we, in Hamilton niet ver van de grens met de USA. In Nederland hadden de meeste mensen nog geen tv, wij ontvingen een vijftal Amerikaanse zenders van ’s morgens vroeg tot ’s avond laat. Mijn ouders spraken bezorgd over wat er allemaal bij de buren gebeurde. Vooral in het zuiden kwamen ‘de zwarten’ (The Blacks) in opstand. Rukten die zwarten niet op naar het noorden? Naar Canada?
Als eigenwijs twaalfjarig jochie volgde ik met belangstelling het nieuws. Reportages over de presidentsverkiezingen tussen Nixon en Kennedy kwamen dagelijks op tv en ik keek nieuwsgierig. Ik herinner me nog dat Nixon tijdens een tv-debat zei: ,,Ik maak appelmoes van de Russen.’’ Dat maakte wel indruk. Dan waren al die problemen met die verdomde Russen gelijk opgelost. Maar toen kwam Kennedy aan het woord. Ik weet niet meer wat hij zei, maar dacht wel: hij heeft gelijk.

Hij had een ongelooflijk charisma. Zijn uitverkiezing werd ook in Canada – tot op de dag van vandaag veel liberaler dan de VS – gevierd. Ik was er als jochie van overtuigd dat hij ook iets zou doen tegen ‘die zwarten die naar het noorden willen oprukken.’
Kennedy deed dat, maar heel anders dat verwacht. James Meredith eiste dat hij als eerste donkere student werd toegelaten op de universiteit van Mississippi. Hij had daar, gezien zijn studieresultaten, meer dan recht op. Toch stond er een blank cordon, waardoor hij ‘zijn’ universiteit niet kon betreden. Kennedy reageerde adequaat. Hij zond het leger erop af, waardoor James Meredith op 1 oktober 1962 alsnog naar binnen kon.
Het was een leerzame les. In allerlei opzichten.

Op 22 november 1963 keken we – na een mislukte emigratie terug in Rotterdam – in een flat aan de Baarsweg in Hoogvliet naar het acht uur journaal. Kennedy vermoord.
Die nacht viel ik pas laat in slaap. Ik snapte het niet. Hij had toch niemand kwaad gedaan? Juist niet.

Dirk Mellema, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen

* * *

’Blij met de dood van Kennedy!’

Ik weet nog precies waar ik was op het tijdstip waarop de schokkende inslagen plaats vonden in de kantoortorens van het WTC In New York op 9/11 in 2001, maar zo weinig herinner ik mij vreemd genoeg van de moord op Kennedy op 22 november 1963.
Het was natuurlijk avond in Nederland toen de dodelijke kogels insloegen in de open wagen waarin Kennedy en zijn vrouw een tour maakten door Dallas. Daarom denk ik dat ik als 15-jarige op dat moment na etenstijd nog buiten aan het voetballen was. Bij thuiskomst in ieder geval heerste daar een bijzondere sombere sfeer, een grafstemming. Volgens mij hadden wij destijds in 1963 net televisie en na die afschuwelijke beelden heerste er bij ons de angst dat ‘de Derde Wereldoorlog’ nu echt was begonnen. De moordaanslag op John F. K. kwam uit het absolute niets.
Als jongen maakt dit een ongelooflijke indruk op je: ‘De Wereld was aan het vergaan in een aanstaande atoomoorlog!’ Alles, maar dan ook alles, kon op dat moment gaan gebeuren. Zeker nog in de tijd van de BB (Burger Bescherming) dat je na het vallen van de atoombom met een vergiet op je kop onder de trap moest gaan zitten, zo had je ooit geleerd uit die totaal belachelijke brochures in de jaren zestig.

Na de zeer angstwekkende ‘Cubacrisis’ net daarvoor, na alle complottheorieën over de moord op Kennedy, werd mij pas jaren later een ding duidelijk. De president van de Verenigde Staten was in die tijd dodelijk ziek, gezien de pijnlijke morfine-injecties in zijn rugwervels.
John F. Kennedy wist in het begin van de jaren zestig dat hij niet meer lang te leven had. Zo kon hij dus zijn eigen onsterfelijkheid garanderen door een aanslag op zichzelf te creëren…
Wellicht iets te ver gezocht, hoewel… Tijdens de Cubacrisis speelde hij al een dodelijk pokergame met de toenmalige leider van de Sovjet-Unie Nikita Chroesjtjov. Niet deze Russische leider, maar Kennedy 'himself' was destijds in staat de wereldvrede op te offeren aan een allesverwoestende atoomoorlog.
In ieder geval was het dus of hij, of de totale vernietiging in die tijd van onze wereld. Pas dertig jaar later leerden wij met z’n allen uit de archieven hoe dicht wij begin jaren zestig bij het allesvernietigende ‘Armageddon’ stonden.
Laten wij daarom blij zijn dat dit afschuwelijke drama een halve eeuw geleden voor ons allen zo goed is afgelopen!

Jim Postma, mede initiatiefnemer en hoofdredacteur Rotterdam Vandaag & Morgen

* * *

Historische moord maakt gebeurtenis persoonlijk

Waar was je, wat deed je, op de dag dat Kennedy werd vermoord. Dezelfde vragen kun je stellen met betrekking tot de moord op Fortuyn, Van Gogh of Martin Luther King. Intrigerende vragen. Niet de gebeurtenis in zijn historische context, maar de relatie met jouw persoonlijke situatie op dat moment, is de invalshoek. Het macroniveau bespied vanuit het microniveau.
Het maakt een historische gebeurtenis persoonlijk. Voor velen zal 11 september 2001 zo’n gebeurtenis zijn. Ik weet zelf nog goed dat ik het nieuws van het invliegen in het World Trade Center in Amsterdam vernam, terwijl ik bij een saxofoonreparateur op bezoek was. Eerst wilde ik het niet geloven, vervolgens dacht ik dat er in Amsterdam een sportvliegtuigje tegen een flat was gebotst. Uiteindelijk werd de toedracht pas duidelijk.

Over nu naar 1963, voor de ouderen onder ons. Je moet minstens 60 zijn om je dat te kunnen herinneren. De generatie politici die thans aan de macht is, was nog niet geboren of poepte nog vrolijk in luiers. In mijn persoonlijke situatie lag er ook toen een verband met muziek. Die avond zouden we met The Revival Swing Combo optreden, ergens in Gouda. Voor we begonnen kwam de organisator naar ons toe en zei op gedempte toon: “Willen jullie alsjeblieft niet al te uitbundige muziek spelen vanavond, want de Amerikaanse president is zojuist vermoord”.
Uiteraard namen we die vraag serieus. De moord op Kennedy heeft zelfs in Gouda invloed gehad op de muziek die avond.

Ruud Bergamin, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen

* * *

Voor niks heen en weer gefietst

Dat John F. Kennedy werd vermoord was die dag een domper voor mij. Maar het allerergste vond ik dat het reüniefeestje op mijn Mulo in Dordrecht, een jaar na het behalen van mijn diploma, op het laatste moment werd afgeblazen.
Gezien de slechte communicatiemiddelen in die tijd hoorde ik dat pas toen ik op de fiets vanuit mijn geboorteplaats Rijsoord op de feestlocatie in Dordrecht aan kwam.
Er zat niets anders op dan weer bijna 10 kilometer terug fietsen naar huis en naar de radio luisteren. We hadden als arbeidersgezin nog geen televisie.

Wat een gedoe zeg! Het leek wel of er een wereldwijde ramp was gebeurd en dat elk moment de derde wereldoorlog kon uitbreken.
Gelukkig sloeg de volgende dag de Nederlandse nuchterheid weer toe. In mijn beginnende kantoorbaan bij het Bureau voor Groepsverzekeringen van de Nationale Verzekeringsmaatschappij in Rotterdam was het de andere dag nauwelijks nog een onderwerp. Er moest gewerkt (!) worden. Elke dag van half negen tot exact vijf uur en op zaterdagmorgen ook nog.
De vijfdaagse werkweek werd pas een jaar later ingevoerd. Mijn bouwvakkende vader had hem tot zijn allergrootste plezier al.
Met alle respect voor de geschiedenis en John F. Kennedy maar in ons gezin vonden we de vijfdaagse werkweek toch heel veel belangrijker dan de moord op de president van de Verenigde Staten.

Hans Roodenburg, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen

* * *

Mijn allereerste schip

Toen op 22 november 1963 President Kennedy werd doodgeschoten voer ik op de DONGEDYK, een vracht-passagiersschip uit 1929 van de Holland Amerika Lijn. Het schip voer in de North Pacific Coast Service, kortweg de Westkustdienst, tussen Europa (Rotterdam, Hamburg, Bremen, Londen en Antwerpen) - via het Panamakanaal - naar havens als Los Angeles, San Francisco, Portland, Seattle en Vancouver. Ik was stuurmansleerling en het was mijn allereerste schip. We waren onderweg van Los Angeles naar Balboa, de haven aan de ingang van het Panamakanaal aan de kant van de Stille Oceaan. We zouden daar 23 november aankomen om wat stukgoed, personal effects en een deklading uien te lossen. Tegelijkertijd zou er gebunkerd worden.

In mijn herinnering was het vroeg in de middag toen de kabelgast - zijn naam weet ik niet meer - met het bericht kwam. Hij had het van een radiostation opgepikt. De eerste reactie was een gevoel van ongeloof, gevolgd door opwinding en onzekerheid of de schoten nu echt fataal waren geweest. Gaandeweg werd meer en meer bekend omdat de ‘sparks’ (telegrafist) dat via de seinsleutel te weten kwam. Grote verslagenheid was het gevolg, niet in het minst onder de 60, voor het merendeel Amerikaanse passagiers. Bij hen, maar ook bij ons, stond John F. Kennedy, zeker in die tijd, bekend als een sympathieke en doortastende President. Uit eerbetoon ging de Nederlandse vlag halfstok en bleef dat tijdens de daarop volgende doorvaart door het Panamakanaal.

Cees de Keijzer, gastschrijver en voorzitter van www.worldshipsocietyrotterdam.nl

* * *

Een pijpenla op de Nieuwe Binnenweg

Redactie Telegraaf

Wim, mijn oudste broer, was na het eten naar zijn vriend Kees gegaan. Diens vader had een schoenenwinkel op de Nieuwe Binnenweg. Het was donker en de winkel was gesloten. De vader van Kees liet hem in de pijpenla waar aan weerszijden de schoenendozen tot hoog aan het plafond gestapeld waren. Eerste klas schoenen werden er verkocht. Mijn moeder was er trots op.
Kees was even een boodschap wegbrengen en zou zo terug zijn. De vader van Kees had het licht in de winkel aangedaan. ,,Wacht maar even,’’ zei hij tegen Wim, ,,Kees is zo terug.’’ Even later kwam Kees. Hij hijgde. Opgewonden vertelde hij: ,,Heb je het al gehoord? Kennedy is vermoord.’’
,,Wat?’’ zegt mijn broer, ,,dat kan niet….’’ Hij zag aan zijn vriend dat het ernst was. ,,Waar heb je dat gehoord?’’
,,Het was op de radio,’’ zei Kees. ,,Kennedy was op bezoek in Texas. Daar is hij neergeschoten. Ze hebben hem nog naar het ziekenhuis gebracht. Maar ’t was te laat....’’

Ze zwegen. Ze waren geschokt en bedroefd daar in de schoenwinkel, net als haast iedereen in die tijd. Kennedy. Dood. Zaten de Russen er achter? Zou het nu oorlog worden?
,,Hij was ook onze president,’’ vertelt mijn broer erover, ,,zo voelde dat in die tijd.’’
Zesenhalve week voor zijn dood, op 7 oktober 1963, tekende Kennedy voor de VS het verdrag met de Sovjet Unie en Groot Brittannië dat kernproeven, in de atmosfeer en ondergronds, aan banden moest leggen. Hij legde zo mee de basis voor wat ‘detente’ zou gaan heten.
John Fitzgerald Kennedy was niet alleen de eerste Amerikaanse president, die dank zij 'de tv' gekozen was, hij was ook de president die de juiste woorden vond op sleutelmomenten van zijn tijd.

Ronald Glasbergen, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen

* * *

Amerikaanse studente barst in tranen uit

De sterfdag van president J.F. Kennedy werd in mijn familie een dag met onverwachte huilpartijen. Ik woonde toen in Gouda en mijn ouders hadden spontaan een Amerikaanse studente in huis verwelkomd, die voor een half jaar naar Nederland was gekomen via de American Field Service. Judy Graves, een paar jaar ouder dan ik, kwam uit North Carolina en wilde Nederland graag leren kennen. Gouda, de kaas- en porselein Stad, stond hoog op haar verlanglijstje. Ik schrijf met nadruk Stad, want zelfs veel Rotterdammers weten nauwelijks dat Gouda in 1272 stadsrechten kreeg van graaf Floris de vijfde. Het carillon in een zijmuur van het stadhuis toont de overhandiging van de rechten nog steeds.
Judy wilde natuurlijk zoveel mogelijk van Nederland zien. Daarom reden wij met zijn allen via Stolwijk en Oudewater richting Schoonhoven. Ook de molens van Kinderdijk stonden op het programma. Geen radio in de auto; dat leidde maar af en was bovendien overbodige luxe.

Waar we precies waren? De 'grijze celletjes' laten me in de steek, maar we passeerden op smalle binnenweggetjes een paar molens waarvan de zeilen in de rouwstand stonden. Nieuwsgierig in het eerstvolgende dorpje een cafeetje opgezocht waar gelukkig de radio aan stond.
Het nieuws uit Amerika gauw voor Judy vertaald. Zij barstte in tranen uit! Later vertelde zij dat haar ouders op JFK hadden gestemd en al hun hoop op hem hadden gevestigd. Zelf had zij nog net geen stemrecht, maar als ze die had gehad, was haar voorkeur ook naar hem uitgegaan. De rest van de dag liep Judy braaf met ons mee naar alle bezienswaardigheden. Af en toe naar een zakdoekje graaiend om toch vooral maar niet te tonen hoeveel pijn het tragische nieuws uit eigen land haar deed.
Toch zit er een vrolijk einde aan dit verslag: Met Judy en haar man Lou heb ik nog steeds contact. Zij zijn met zijn tweeën even in Rotterdam geweest toen mijn man Nico en ik net een baby hadden en maakten jaren later even een omweg - zoals Amerikanen 'Europa doen' - vanuit Frankrijk om onze zoon Alwyn op wat oudere leeftijd te ontmoeten.

Zettie Leeuwenburgh, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen

* * *

‘U loopt zo te huilen. Kende u hem persoonlijk’

Nou, dat weet ik nog als de spreekwoordelijke dag van gisteren! Om even over half zeven in de avond van 22 november 1963 sta ik in een snackbar in Nijmegen een broodje croquet te bestellen. Als zeventienjarige kostganger kan ik mij ook nog herinneren dat het eten in het kostgezin, een weduwe van 60 en zoon van in de dertig, niet altijd even smakelijk was.
Terwijl het snackje ligt te spetteren gaat de deur open en iemand roept naar binnen: ,,Kennedy is neergeschoten!’’ Mijn eerste gedachte is ‘wereldoorlog?’ Enkele oudere aanwezigen bezweren mij dat deze aanslag nauwelijks aanleiding voor een wereldoorlog zal zijn. Of ‘de Russen’ moeten er achter hebben gezeten. Maar er zijn wel meer presidenten in Amerika om het leven gebracht krijg ik ter geruststelling, naast het broodje croquet, mee naar huis.

Thuisgekomen tref ik rond acht uur de weduwe voor de tv. De tranen stromen over haar gezicht. ,,Ze hebben Kennedy vermoord,’’ roept ze alsmaar, ,,hoe moet het nou verder?’’ Tja, dat moet je een nogal recalcitrante jongere niet vragen. ,,Ik zou het niet weten mevrouw, maar u loopt te huilen alsof er een familielid is overleden. Kende u hem persoonlijk?’’
Ze was op slag volkomen stil. Even. Toen barstte ze uit. ,,Mijn huis uit! Ik wil dat je onmiddellijk mijn huis verlaat!’’
Samen met haar zoon heb ik mijn spullen van mijn kamer gehaald en zo’n drie kwartier later stond ik met een koffer en een doos in mijn handen in het donker op straat. Naar familie in Utrecht was geen optie. Gelukkig had ik ergens anders in Nijmegen opvang voor de nacht.
Je zou kunnen zeggen dat de dood van Kennedy dan weliswaar geen wereldoorlog heeft ontketend maar dat daardoor mijn bestaan nogal abrupt veranderde.

Rob Timmer, eindredacteur Vandaag & Morgen

Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.