De moord die de wereld schokte
Dallas, 22
november 1963. Tijdens een rijtoer in een open wagen door Dallas Texas in Amerika
wordt de president van de Verenigde Staten getroffen door twee kogels uit het wapen van een scherpschutter. John F. Kennedy zou kort daarna overlijden aan zijn
verwondingen. De wereld ontving dit bericht geschokt. Wat waren de gevolgen? Er
zijn van die momenten die je je hele leven bij blijven.
Hoe beleefde u en/of uw omgeving de moord op John F. Kennedy. Wij legde deze vraag voor aan de redactieleden van Rotterdam Vandaag & Morgen met als resultaat tien korte, zeer persoonlijke, verslagen.
* * *
De nieuwe tv ging gelijk weer uit
Ik had mij die
avond in mijn rokkostuum moeten hijsen. Om vervolgens vrolijk naar de Maaltijd
van de Annuariumcommissie van Sanctus Augustinus te gaan. De
studentenvereniging in Leiden, waarvan ik toen lid was. Die commissie was
verantwoordelijk voor het Jaarboek (Annuarium).
Het eerste
exemplaar van het Annuarium 1963/1964 zou die avond uitgereikt worden aan de
Praeses van de Vereniging, waarna het Annuariumfeest tot in de kleine uurtjes
zou losbarsten.
Die maaltijd was
in het restaurant Nieuw-Minerva, het restaurant achter de sociëteit Minerva.
Tussen de soep en
het hoofdgerecht stevende er een ontdane ober binnen.
,,Kennedy is
vermoord door een scherpschutter!’’
Praeses Annuarium
belde de vereniging. Ging het Annuariumfeest nog door?
Praeses
Vereniging bleek het feest al te hebben afgelast…!
Wonderlijk,
hoezeer wij twintigjarigen, daar in dat achteraf-’Anton Pieck’-stadje Leiden,
ons zo verbonden voelde met de machtigste man op aarde, de president van de
Verenigde Staten.
Dat wil zeggen,
wij, de jongens…
De meisjes
minder. Die bleken behoorlijk teleurgesteld! Hadden zich zwaar opgetut en
overdadig geparfumeerd en 'belippestift'… en nu ging het hele feest niet door!
Dus wij, de
‘Heeren’, waren zo goed niet of we moesten nog eindeloos met ze rondhangen in
café ’de Saint’ en later het ’Doelenhuisje’.
Ten slotte
moesten er nog flessen wijn worden opgedronken op de kamer van de vice-praeses
Annuarium Cees S.
De torenklok van
het nabije stadhuis sloeg vier, toen ik Yvonne vluchtig op de lippen
kuste onder de opkomende maan boven de Oude Rijn.
De volgende
ochtend werd ik gebeld door mijn ontdane ouders uit het verre Limburg. Ze
hadden de dag tevoren…een TV aangeschaft. Tot dan toe een onbekend object in
mijn ouderlijk huis.
Vervolgens hadden
ze het toestel aangezet om het Journaal te zien. En het eerste waarmee ze
werden geconfronteerd was… de moord op Kennedy!
Ze hadden de tv
meteen weer uitgedaan!
Manuel Kneepkens, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen
* * *
Die Hagenezen sloegen me bijna voor mijn bek
Op vrijdagavond
22 november 1963 zo rond zeven uur werd ik door mijn hospita in de Haagse
Galileïstraat aan de telefoon geroepen. Het was mijn chef van de Haagse
stadsredactie van Het Vrije Volk. Er was iets met president Kennedy en ik moest
onmiddellijk naar de krant komen. Twee maanden eerder was ik daar begonnen als
leerling-journalist. Wij hadden een kantoor aan de Prinsengracht. Recht
tegenover ons zat de Haagse katholieke krant ‘Het Binnenhof’. Even verderop de
drukkerij, redactie en andere afdelingen van de Haagse Courant.
De
plaatsvervangend chef, de aimabele Paul van der Put, had iets origineels voor
me verzonnen. In de bioscopen draaiden de eerste voorstellingen. Ik moest zo
veel mogelijk bioscopen aflopen om de eerste reacties van de nog onwetende
bezoekers te noteren.
De verbijstering
was groot. Sommige mensen geloofden het niet. Naarmate ik de bioscopen in en rond
de Schilderswijk naderde werd de toon grimmiger. Bij het verlaten van een
cowboy- film balden een groepje namaak John Waynes hun vuisten. ,,’t Is niet
waar. We slaan je voor je bek.”
Met gezwinde spoed rende ik terug naar de
krant. Goedkeurend knikkend las hij mijn stukje. Alleen de zin waarin het
dreigen met lichamelijk geweld werd gemeld schrapte hij. ,,’t Zal best,’’ zei
hij. ,,Maar we blijven een arbeiderskrant.’’
De volgende dag
bespraken we bij het politierapport met de andere leerling- journalisten de
gebeurtenis. Er waren nog zes kranten. Maar de politieverslaggever van de
Haagse Courant had nog een nieuwtje. Zijn steenrijke krant had direct een
verslaggever op het vliegtuig naar Dallas gezet. Daar konden we niet aan
tippen.
Geert-Jan Laan, hoofdredacteur en eigenaar Rotterdam Vandaag & Morgen
* * *
Leermeester Kennedy
In Canada woonden
we, in Hamilton niet ver van de grens met de USA. In Nederland hadden de meeste
mensen nog geen tv, wij ontvingen een vijftal Amerikaanse zenders van ’s
morgens vroeg tot ’s avond laat. Mijn ouders spraken bezorgd over wat er
allemaal bij de buren gebeurde. Vooral in het zuiden kwamen ‘de zwarten’ (The
Blacks) in opstand. Rukten die zwarten niet op naar het noorden? Naar Canada?
Als eigenwijs
twaalfjarig jochie volgde ik met belangstelling het nieuws. Reportages over de
presidentsverkiezingen tussen Nixon en Kennedy kwamen dagelijks op tv en ik
keek nieuwsgierig. Ik herinner me nog dat Nixon tijdens een tv-debat zei: ,,Ik maak appelmoes van de Russen.’’ Dat
maakte wel indruk. Dan waren al die problemen met die verdomde Russen gelijk
opgelost. Maar toen kwam Kennedy aan het woord. Ik weet niet meer wat hij zei,
maar dacht wel: hij heeft gelijk.
Hij had een
ongelooflijk charisma. Zijn uitverkiezing werd ook in Canada – tot op de dag
van vandaag veel liberaler dan de VS – gevierd. Ik was er als jochie van
overtuigd dat hij ook iets zou doen tegen ‘die zwarten die naar het noorden
willen oprukken.’
Kennedy deed dat,
maar heel anders dat verwacht. James Meredith eiste dat hij als eerste donkere
student werd toegelaten op de universiteit van Mississippi. Hij had daar,
gezien zijn studieresultaten, meer dan
recht op. Toch stond er een blank cordon, waardoor hij ‘zijn’ universiteit niet
kon betreden. Kennedy reageerde adequaat. Hij zond het leger erop af, waardoor
James Meredith op 1 oktober 1962 alsnog naar binnen kon.
Het was een
leerzame les. In allerlei opzichten.
Op 22 november
1963 keken we – na een mislukte emigratie terug in Rotterdam – in een flat aan
de Baarsweg in Hoogvliet naar het acht uur journaal. Kennedy vermoord.
Die nacht viel ik
pas laat in slaap. Ik snapte het niet. Hij had toch niemand kwaad gedaan? Juist
niet.
Dirk Mellema, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen
* * *
’Blij met de dood van Kennedy!’
Ik weet nog
precies waar ik was op het tijdstip waarop de schokkende inslagen plaats vonden
in de kantoortorens van het WTC In New York op 9/11 in 2001, maar zo weinig
herinner ik mij vreemd genoeg van de moord op Kennedy op 22 november 1963.
Het was
natuurlijk avond in Nederland toen de dodelijke kogels insloegen in de open
wagen waarin Kennedy en zijn vrouw een tour maakten door Dallas. Daarom denk ik
dat ik als 15-jarige op dat moment na etenstijd nog buiten aan het voetballen
was. Bij thuiskomst in ieder geval heerste daar een bijzondere sombere sfeer,
een grafstemming. Volgens mij hadden wij destijds in 1963 net televisie en na
die afschuwelijke beelden heerste er bij ons de angst dat ‘de Derde
Wereldoorlog’ nu echt was begonnen. De moordaanslag op John F. K. kwam uit het
absolute niets.
Als jongen maakt
dit een ongelooflijke indruk op je: ‘De Wereld was aan het vergaan in een
aanstaande atoomoorlog!’ Alles, maar dan ook alles, kon op dat moment gaan
gebeuren. Zeker nog in de tijd van de BB (Burger Bescherming) dat je na het
vallen van de atoombom met een vergiet op je kop onder de trap moest gaan
zitten, zo had je ooit geleerd uit die totaal belachelijke brochures in de
jaren zestig.
Na de zeer
angstwekkende ‘Cubacrisis’ net daarvoor, na alle complottheorieën over de moord
op Kennedy, werd mij pas jaren later een ding duidelijk. De president van de
Verenigde Staten was in die tijd dodelijk ziek, gezien de pijnlijke
morfine-injecties in zijn rugwervels.
John F. Kennedy
wist in het begin van de jaren zestig dat hij niet meer lang te leven had. Zo
kon hij dus zijn eigen onsterfelijkheid garanderen door een aanslag op zichzelf
te creëren…
Wellicht iets te
ver gezocht, hoewel… Tijdens de Cubacrisis speelde hij al een dodelijk
pokergame met de toenmalige leider van de Sovjet-Unie Nikita Chroesjtjov. Niet
deze Russische leider, maar Kennedy 'himself' was destijds in staat de
wereldvrede op te offeren aan een allesverwoestende atoomoorlog.
In ieder geval
was het dus of hij, of de totale vernietiging in die tijd van onze wereld. Pas
dertig jaar later leerden wij met z’n allen uit de archieven hoe dicht wij
begin jaren zestig bij het allesvernietigende ‘Armageddon’ stonden.
Laten wij daarom
blij zijn dat dit afschuwelijke drama een halve eeuw geleden voor ons allen zo
goed is afgelopen!
Jim Postma, mede initiatiefnemer en hoofdredacteur Rotterdam Vandaag & Morgen
* * *
Historische moord maakt gebeurtenis persoonlijk
Waar was je, wat
deed je, op de dag dat Kennedy werd vermoord. Dezelfde vragen kun je stellen
met betrekking tot de moord op Fortuyn, Van Gogh of Martin Luther King.
Intrigerende vragen. Niet de gebeurtenis in zijn historische context, maar de
relatie met jouw persoonlijke situatie op dat moment, is de invalshoek. Het
macroniveau bespied vanuit het microniveau.
Het maakt een
historische gebeurtenis persoonlijk. Voor velen zal 11 september 2001 zo’n
gebeurtenis zijn. Ik weet zelf nog goed dat ik het nieuws van het invliegen in
het World Trade Center in Amsterdam vernam, terwijl ik bij een
saxofoonreparateur op bezoek was. Eerst wilde ik het niet geloven, vervolgens
dacht ik dat er in Amsterdam een sportvliegtuigje tegen een flat was gebotst.
Uiteindelijk werd de toedracht pas duidelijk.
Over nu naar
1963, voor de ouderen onder ons. Je moet minstens 60 zijn om je dat te kunnen
herinneren. De generatie politici die thans aan de macht is, was nog niet
geboren of poepte nog vrolijk in luiers. In mijn persoonlijke situatie lag er
ook toen een verband met muziek. Die avond zouden we met The Revival Swing
Combo optreden, ergens in Gouda. Voor we begonnen kwam de organisator naar ons
toe en zei op gedempte toon: “Willen jullie alsjeblieft niet al te uitbundige
muziek spelen vanavond, want de Amerikaanse president is zojuist vermoord”.
Uiteraard namen
we die vraag serieus. De moord op Kennedy heeft zelfs in Gouda invloed gehad op
de muziek die avond.
Ruud Bergamin, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen
* * *
Voor niks heen en weer gefietst
Dat John F.
Kennedy werd vermoord was die dag een domper voor mij. Maar het allerergste
vond ik dat het reüniefeestje op mijn Mulo in Dordrecht, een jaar na het
behalen van mijn diploma, op het laatste moment werd afgeblazen.
Gezien de slechte
communicatiemiddelen in die tijd hoorde ik dat pas toen ik op de fiets vanuit
mijn geboorteplaats Rijsoord op de feestlocatie in Dordrecht aan kwam.
Er zat niets
anders op dan weer bijna 10 kilometer terug fietsen naar huis en naar de radio
luisteren. We hadden als arbeidersgezin nog geen televisie.
Wat een gedoe
zeg! Het leek wel of er een wereldwijde ramp was gebeurd en dat elk moment de
derde wereldoorlog kon uitbreken.
Gelukkig sloeg de
volgende dag de Nederlandse nuchterheid weer toe. In mijn beginnende
kantoorbaan bij het Bureau voor Groepsverzekeringen van de Nationale
Verzekeringsmaatschappij in Rotterdam was het de andere dag nauwelijks nog een
onderwerp. Er moest gewerkt (!) worden. Elke dag van half negen tot exact vijf
uur en op zaterdagmorgen ook nog.
De vijfdaagse
werkweek werd pas een jaar later ingevoerd. Mijn bouwvakkende vader had hem tot
zijn allergrootste plezier al.
Met alle respect
voor de geschiedenis en John F. Kennedy maar in ons gezin vonden we de
vijfdaagse werkweek toch heel veel
belangrijker dan de moord op de president van de Verenigde Staten.
Hans Roodenburg, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen
* * *
Mijn allereerste schip
Toen op 22
november 1963 President Kennedy werd doodgeschoten voer ik op de DONGEDYK, een
vracht-passagiersschip uit 1929 van de Holland Amerika Lijn. Het schip voer in
de North Pacific Coast Service, kortweg de Westkustdienst, tussen Europa
(Rotterdam, Hamburg, Bremen, Londen en Antwerpen) - via het Panamakanaal - naar
havens als Los Angeles, San Francisco, Portland, Seattle en Vancouver. Ik was
stuurmansleerling en het was mijn allereerste schip. We waren onderweg van Los
Angeles naar Balboa, de haven aan de ingang van het Panamakanaal aan de kant
van de Stille Oceaan. We zouden daar 23 november aankomen om wat stukgoed,
personal effects en een deklading uien te lossen. Tegelijkertijd zou er
gebunkerd worden.
In mijn
herinnering was het vroeg in de middag toen de kabelgast - zijn naam weet ik
niet meer - met het bericht kwam. Hij had het van een radiostation opgepikt. De
eerste reactie was een gevoel van ongeloof, gevolgd door opwinding en
onzekerheid of de schoten nu echt fataal waren geweest. Gaandeweg werd meer en
meer bekend omdat de ‘sparks’ (telegrafist) dat via de seinsleutel te weten
kwam. Grote verslagenheid was het gevolg, niet in het minst onder de 60, voor
het merendeel Amerikaanse passagiers. Bij hen, maar ook bij ons, stond John F.
Kennedy, zeker in die tijd, bekend als een sympathieke en doortastende
President. Uit eerbetoon ging de Nederlandse vlag halfstok en bleef dat tijdens
de daarop volgende doorvaart door het Panamakanaal.
Cees de Keijzer, gastschrijver en voorzitter van www.worldshipsocietyrotterdam.nl
* * *
Een pijpenla op de Nieuwe Binnenweg
Wim, mijn oudste
broer, was na het eten naar zijn vriend Kees gegaan. Diens vader had een
schoenenwinkel op de Nieuwe Binnenweg. Het was donker en de winkel was
gesloten. De vader van Kees liet hem in de pijpenla waar aan weerszijden de
schoenendozen tot hoog aan het plafond gestapeld waren. Eerste klas schoenen
werden er verkocht. Mijn moeder was er trots op.
Kees was even een
boodschap wegbrengen en zou zo terug zijn. De vader van Kees had het licht in
de winkel aangedaan. ,,Wacht maar even,’’ zei hij tegen Wim, ,,Kees is zo
terug.’’ Even later kwam Kees. Hij hijgde. Opgewonden vertelde hij: ,,Heb je
het al gehoord? Kennedy is vermoord.’’
,,Wat?’’ zegt
mijn broer, ,,dat kan niet….’’ Hij zag aan zijn vriend dat het ernst was.
,,Waar heb je dat gehoord?’’
,,Het was op de
radio,’’ zei Kees. ,,Kennedy was op bezoek in Texas. Daar is hij
neergeschoten. Ze hebben hem nog naar
het ziekenhuis gebracht. Maar ’t was te laat....’’
Ze zwegen. Ze
waren geschokt en bedroefd daar in de schoenwinkel, net als haast iedereen in
die tijd. Kennedy. Dood. Zaten de Russen
er achter? Zou het nu oorlog worden?
,,Hij was ook
onze president,’’ vertelt mijn broer erover, ,,zo voelde dat in die tijd.’’
Zesenhalve week
voor zijn dood, op 7 oktober 1963,
tekende Kennedy voor de VS het verdrag met de Sovjet Unie en Groot
Brittannië dat kernproeven, in de atmosfeer en ondergronds, aan banden moest
leggen. Hij legde zo mee de basis voor wat ‘detente’ zou gaan heten.
John Fitzgerald
Kennedy was niet alleen de eerste Amerikaanse president, die dank zij 'de tv' gekozen was, hij was ook de president die de juiste woorden vond op
sleutelmomenten van zijn tijd.
Ronald Glasbergen, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen
* * *
Amerikaanse studente barst in tranen uit
De sterfdag van
president J.F. Kennedy werd in mijn familie een dag met onverwachte
huilpartijen. Ik woonde toen in Gouda en mijn ouders hadden spontaan een
Amerikaanse studente in huis verwelkomd, die voor een half jaar naar Nederland
was gekomen via de American Field Service. Judy Graves, een paar jaar ouder dan
ik, kwam uit North Carolina en wilde Nederland graag leren kennen. Gouda, de
kaas- en porselein Stad, stond hoog op haar verlanglijstje. Ik schrijf met
nadruk Stad, want zelfs veel Rotterdammers weten nauwelijks dat Gouda in 1272
stadsrechten kreeg van graaf Floris de vijfde. Het carillon in een zijmuur van
het stadhuis toont de overhandiging van de rechten nog steeds.
Judy wilde
natuurlijk zoveel mogelijk van Nederland zien. Daarom reden wij met zijn allen
via Stolwijk en Oudewater richting Schoonhoven. Ook de molens van Kinderdijk
stonden op het programma. Geen radio in de auto; dat leidde maar af en was
bovendien overbodige luxe.
Waar we precies
waren? De 'grijze celletjes' laten me in de steek, maar we passeerden op smalle
binnenweggetjes een paar molens waarvan de zeilen in de rouwstand stonden.
Nieuwsgierig in het eerstvolgende dorpje een cafeetje opgezocht waar gelukkig
de radio aan stond.
Het nieuws uit
Amerika gauw voor Judy vertaald. Zij barstte in tranen uit! Later vertelde zij
dat haar ouders op JFK hadden gestemd en al hun hoop op hem hadden gevestigd.
Zelf had zij nog net geen stemrecht, maar als ze die had gehad, was haar
voorkeur ook naar hem uitgegaan. De rest van de dag liep Judy braaf met ons mee
naar alle bezienswaardigheden. Af en toe naar een zakdoekje graaiend om toch
vooral maar niet te tonen hoeveel pijn het tragische nieuws uit eigen land haar
deed.
Toch zit er een
vrolijk einde aan dit verslag: Met Judy en haar man Lou heb ik nog steeds
contact. Zij zijn met zijn tweeën even in Rotterdam geweest toen mijn man Nico
en ik net een baby hadden en maakten jaren later even een omweg - zoals
Amerikanen 'Europa doen' - vanuit Frankrijk om onze zoon Alwyn op wat oudere
leeftijd te ontmoeten.
Zettie Leeuwenburgh, redacteur Rotterdam Vandaag & Morgen
* * *
‘U loopt zo te huilen. Kende u hem persoonlijk’
Nou, dat weet ik
nog als de spreekwoordelijke dag van gisteren! Om even over half zeven in de
avond van 22 november 1963 sta ik in een snackbar in Nijmegen een broodje
croquet te bestellen. Als
zeventienjarige kostganger kan ik mij ook nog herinneren dat het eten in het
kostgezin, een weduwe van 60 en zoon van in de dertig, niet altijd even
smakelijk was.
Terwijl het
snackje ligt te spetteren gaat de deur open en iemand roept naar binnen: ,,Kennedy
is neergeschoten!’’ Mijn eerste gedachte is ‘wereldoorlog?’ Enkele oudere
aanwezigen bezweren mij dat deze aanslag nauwelijks aanleiding voor een
wereldoorlog zal zijn. Of ‘de Russen’ moeten er achter hebben gezeten. Maar er
zijn wel meer presidenten in Amerika om het leven gebracht krijg ik ter
geruststelling, naast het broodje croquet, mee naar huis.
Thuisgekomen tref
ik rond acht uur de weduwe voor de tv. De tranen stromen over haar gezicht.
,,Ze hebben Kennedy vermoord,’’ roept ze alsmaar, ,,hoe moet het nou verder?’’
Tja, dat moet je een nogal recalcitrante jongere niet vragen. ,,Ik zou het niet
weten mevrouw, maar u loopt te huilen alsof er een familielid is overleden.
Kende u hem persoonlijk?’’
Ze was op slag
volkomen stil. Even. Toen barstte ze uit. ,,Mijn huis uit! Ik wil dat je
onmiddellijk mijn huis verlaat!’’
Samen met haar
zoon heb ik mijn spullen van mijn kamer gehaald en zo’n drie kwartier later
stond ik met een koffer en een doos in mijn handen in het donker op straat.
Naar familie in Utrecht was geen optie. Gelukkig had ik ergens anders in
Nijmegen opvang voor de nacht.
Je zou kunnen
zeggen dat de dood van Kennedy dan weliswaar geen wereldoorlog heeft ontketend
maar dat daardoor mijn bestaan nogal abrupt veranderde.
Rob Timmer,
eindredacteur Vandaag & Morgen