Brexit als wake-upcall voor de EU

09 april 2019 door Ronald Glasbergen
Brexit als wake-upcall voor de EU

Groot-Brittannië is tot op het bot verdeeld over Brexit. Die verdeeldheid loopt dwars door politieke partijen, bevolking en het land. Er lijken daar, ongeacht de uitkomst, van het Brexit-proces alleen maar verliezers te zijn. Is dat aan deze kant van de Noordzee ook zo - ook hier is EU-scepsis in opmars- of zijn er lichtpuntjes? En hoe is het met de Britten zover gekomen?

De Britse conservatieve partij was sinds het verdrag van Maastricht in 1992 diep verdeeld over de Europese Unie. In 2005 trad David Cameron (1966) aan als jonge dynamische partijleider. Hij wilde een eind maken aan de conservatieve stammenstrijd tussen voor- en tegenstanders van lidmaatschap van de EU. De conservatieven vormden in 2010 samen met de Liberal Democrates een regering en Cameron werd premier. In 2013 werd vervolgens in het Britse parlement een referendumwet in stemming gebracht en aangenomen. Daarna deed Cameron de toezegging om binnen een paar jaar een ‘in-out referendum’ over het Britse lidmaatschap te houden. De conservatieven wonnen in 2015 de verkiezingen, vormden de regering en schreven aan het begin van 2016 een -officieel raadgevend- referendum uit voor 23 juni van dat jaar.

De Europese migratiecrisis van 2015 met zijn nasleep, waaronder de rellen in Keulen en de Turkije-deal maakten op dat moment deel uit van het actuele politieke achtergronddecor. De Leave-campagne werd behalve misleidend –berucht is de rode stadbus met 350 miljoen pond per week voor de NHS- ook slim gevoerd. 'Give us back our country', was een leus die suggereerde dat de EU het land en de soevereiniteit van de Britten had afgepakt.

Daarnaast was er, rechts van de conservatieven, de one-issue United Kingdom Independent Party. Die voerde als sinds 1993 offensief campagne tegen de Europese Unie. UKIP stond vanaf 2003 onder leiding van bankier en begaafd populistisch redenaar Nigel Farage. Sinds 2014 zit hij ook -prominent aanwezig- voor UKIP in het Europees parlement. Hij en zijn medestanders kregen het referendum in de schoot geworpen, evenals de Britse kiezers, of ze nu wilden of niet. Alles dankzij een remedie die de conservatieven voor zichzelf bedacht hadden. Niet om een Brexit te bewerkstelligen maar om eendracht in de partij te bevorderen. Gematigder conservatieven, waaronder David Cameron, waren weliswaar voorstanders van het Britse lidmaatschap van de EU, maar dachten zeker te weten dat het referendum in hun voordeel zou uitvallen.

Het referendum vond plaats op 23 juni 2016. Leave won met 51,9%. In hun opportunisme onderschatten de gematigde conservatieven zowel de situatie in Europa, als de moderne manieren waarop onder meer met micro-targeting van kiezers, een one-issue campagne gevoerd kon worden. Hoewel dat formeel niet hoefde, trad ‘remainer’ premier David Cameron direct af. Voor hem in de plaats kwam, zonder verkiezingen, een andere conservatieve premier, Theresa May. Eveneens iemand die het land aanvankelijk bij de EU wilde houden, maar die zich gebonden voelde door de conservatieve kiezersbelofte. Ze zette de uittredingsprocedure in werking. Deadline van de uittreding werd 29 maart 2019. Nu na verlenging 12 april en daarna langer uitstel.

Het parlement heeft het laatste woord. Voor een zogenaamde harde Brexit, zonder een vangnet voor het economisch verkeer en de talloze andere internationale relaties met de EU, is daar geen enkele meerderheid te vinden. Tot nu toe ook niet voor een van de vele andere varianten van uittreding of blijven.

Op de foto: David Cameron (Bron: Wikimedia Commons)

Als er geen overeenstemming in Brussel -en minstens zo belangrijk in Londen- dan volgt een ongeregelde –harde- Brexit en krijgt Groot Brittannië een harde buitengrens met de EU. Dat leidt tot nieuwe conflicten, zoals in Noord Ierland en met Schotland, dat gedreigd heeft zich af te scheiden.

Als er in Brussel overeenstemming komt tussen de Britten en de EU, volgt dus een vorm van uitstel. De Britten krijgen dan gelegenheid met nieuwe voorstellen te komen.

Als het, in samenwerking met Labour, een geregelde –zachte- Brexit wordt, dan betekent dat minimaal een douane-unie. Brexiteers zullen dan uiterst teleurgesteld zijn. Ze hadden een voorstelling van een paradijs onder WTO-regels waarbij het Koninkrijk zelfstandig handelsrelaties kon aangaan met wie het maar wilde. Ontevredenheid bij een groot deel van de kiezers is er bij vrijwel iedere oplossing in Groot-Brittannië. De ironie is dat de conservatieve partij, maar ook de rest van het land, dankzij het referendum verdeelder zijn dan ooit. Tegelijk leggen de verwikkelingen rond Brexit de scheidslijnen in Groot-Brittannië bloot, naar klasse, welvaart, regio en leeftijd.

Ook als er de komende periode, geheel tegen de zin van Theresa May, besloten zou kunnen worden voor een tweede referendum zal dat tot forse onvrede leiden, ongeacht de uitslag. Zo’n tweede referendum heeft wel het mogelijke voordeel van een soort tegengif tegen het politieke opportunisme van het eerste. Of het echt kan helpen is een open vraag. Het referendum van 2016 heeft wel een heel boze Britse geest uit de fles gelaten.

In de EU lijken de gevolgen vooralsnog minder ernstig. In de meeste Brexit scenario’s raakt de EU een lid kwijt dat al lang met tegenzin deel uitmaakt van de Unie. Dat is jammer want dwarsliggers van het formaat Groot-Brittannië kunnen de zaak ook scherp houden. Tegelijk is het ook een waarschuwing: geef politieke extremisten geen cadeautjes en zorg dat je het eigen democratisch gehalte op peil houdt.

Brexit moet daarom ongeacht de uitkomst, een wake-upcall voor de EU zijn. Burgers van de EU en hun vertegenwoordigers, dienen zich te bezinnen hoe de EU zich de komende jaren wil ontwikkelen. Rechtsstaat, democratie, verdeling zorg, bescherming en veiligheid zijn niet onveranderlijk en moeten zich blijven ontwikkelen. Europa is niet in alles ideaal maar is grosso modo niet het slechtste gebied op aarde om te vertoeven. Gesprekken over meer of minder ‘Closer Union’, over een pragmatische Unie van kerntaken over wat de economische en politieke grootmacht Europa kan bieden in en aan een niet ongevaarlijke wereld, zouden daarom hoog op de agenda moeten staan. Zo kan Brexit bijdragen aan winst voor Europa en de EU, inclusief het VK als lid of als partner.

Meer over Europa en dan over Nederland in een volgend artikel

Op de foto: Oervorm directe democratie - Volksstemming Landsgemeinde Glarius (Bron Foto: Adran Sulc - Wikimedia Commons)

 

 

Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.