Henk Hofland: Reiziger zonder bagage
De recent overleden markante journalist Henk Hofland heb ik vrij goed leren kennen toen we eind april 1986 met een klein groepje Nederlandse journalisten op uitnodiging van de Amerikaanse spoorwegmaatschappij Amtrak een tocht van enkele dagen maakten van Denver naar San Francisco.
In Denver voegde de toen vanuit New York opererende Henk Hofland zich bij ons. Het was een schitterende treinreis door onder meer de Rocky Mountains.
In de trein hadden we allemaal een eigen compartiment, maar in San Francisco moesten we een kamer delen. Henk Hofland was op dat moment 58 jaar. Ik was 42 jaar. En we deelden een kamer.
In 1972 had ik zijn boek Tegels lichten al ademloos gelezen. En dat heeft zeker bijgedragen aan mijn verdere loopbaan als onderzoeksjournalist. Henk deelde mij mee – op weg naar onze kamer in San Francisco - dat ik niet moest opkijken van enkele speciale gewoontes die hij op zijn vele reizen had ontwikkeld.
Die gewoonte bestond er uit dat hij direct na het betreden van de kamer zich poedelnaakt uitkleedde, in de badkamer zijn sokken, onderbroek en hemd met de hand waste, ze vervolgens te drogen hing en uit zijn kleine weekendtas zijn verschoning haalde en vervolgens aantrok.
Ter toelichting zei hij: ,,Op deze manier heb ik altijd een minimum aan bagage bij me en kan ik met alleen handbagage vliegen.”
Tot op de dag van vandaag probeer ik dit goede voorbeeld te volgen. Dat valt niet altijd even goed bij vooral vrouwelijke reisgenoten die vaak de neiging hebben een forse koffer vol te proppen.
Henk had twee paar sokken, twee onderbroeken en twee t-shirts bij zich. Verder nog een colbertje dat hij – net als ik vanwege de vele opbergplekken - vrijwel altijd droeg. ,,En heb je iets echt nodig, dan kun je het altijd nog kopen.’’
Verder leerde hij mij in de Chinezenwijk van San Francisco te oefenen door doperwten met stokjes te eten.
We zagen elkaar nog wel eens. Meer bij toeval dan bij afspraak. Soms in Amsterdam, maar later ook in Groningen waar hij regelmatig lezingen hield.
Enkele jaren geleden stuurde ik hem nog een kopie van een stuk over het eerste stoomgemaal in de buurt van Rotterdam.
Als enthousiast oud-Rotterdammer stelde hij dat op hoge prijs en zette boven zijn reactie ‘Ha, die Geert-Jan’.
Ik zou zeggen: ,,Rust zacht Henk...”