In eenzaamheid kiest ze voor die laatste pil

04 november 2016 door de Redactie

(Door Dirk Mellema)

De afgelopen tien jaar bezoek ik elke zondag een oude dame van 92 jaar. Ze woont alleen in een vijftig plus-flat. Ze loopt moeilijk, ze valt regelmatig, zomaar, maar staat altijd weer op. Meer dan een paar meter kan ze niet lopen. Haar man is tien jaar geleden overleden, haar beste levenslange vriendin zes jaar geleden.

Kinderen heeft ze niet, familie ook niet meer, kortom ze is alleen. Ze wordt vergeetachtig, maar kan nog wel logisch nadenken. Dagelijks slikt ze 22 verschillende soorten medicijnen, waardoor haar keel zeer doet. Lezen en puzzelen, haar hobby's, kan ze niet meer, haar ogen verslechteren rap. Ook tv kijken is er niet meer bij.


Om haar gevangenschap wat te verminderen kocht ze een tijdje geleden een scootmobiel. Tijdens de aankoop maakte ze voor het eerst van haar leven als bestuurster een proefrit in een aangedreven mobiel voertuig. In de grote winkel vol met meubels en andere accessoires voor ouderen, reed ze in haar overmoed een eettafel en bijbehorende stoelen omver. Toch ging de koop door. Het fleurde haar leven even op. Tot ze drie, vier of vijf keer kantelde van de stoeprand op weg naar de slager of de bakker. Omstanders tilden de scootmobiel overeind, terwijl zij er in bleef zitten.

Hartkloppingen
De scootmobiel wordt nu nog maar weinig gebruikt, waarschijnlijk helemaal niet meer, maar dat wil ze niet vertellen. Een tijdje geleden belde ze op. Haar hartkloppingen waren erger dan ooit, ze voelde zich erg beroerd. Met een ambulance ging ze naar het ziekenhuis. De jonge dienstdoende arts aarzelde, maar hij moest de moeilijke vraag stellen: "wilt u dat we actie ondernemen als het slecht met u gaat?" Zij begreep meteen wat hij bedoelde: "Nee, nee en nog eens nee."

Een dag later was ze weer thuis. Op haar verzoek regelden we een ketting om haar hals waarop stond dat ze niet gereanimeerd wil worden als dat nodig is. Steeds vaker zegt ze dat ze het leven wel gehad heeft. Ze vergaat in eenzaamheid, maar als haar wordt aangeboden lid te worden van een club van ouderen, vooral vrouwen, wil ze dat niet. "Dat zijn roddelclubs, ik voel me daar niet toe aangetrokken".

Ze heeft het allemaal wel gezien, haar leven is voltooid. Ik schrijf dit op zaterdagavond 15 oktober. Morgenochtend vraag ik haar of ze graag een pil zou hebben om voorgoed in te slapen.

Zoals altijd zit ze netjes in haar zondagse kleding op de bank op me te wachten. Ze heeft van de discussie over euthanasie van de afgelopen weken niets meegekregen, maar na uitleg weet ze het zeker: een pil in huis, waarmee ze zelf kan bepalen of ze nog op deze aardkloot wil blijven, zou welkom zijn. "Ik heb geen zin om honderd de worden. Het is een geruststellende gedachte dat je zo'n pil in huis hebt."

Hongerstaking
Ik vertel haar niet dat in mijn vriendenkring drie vrouwen zijn, die in de bejaardenzorg werken. Zij vertelden mij dat ze geregeld meemaken dat bewoners in hun zorgcentrum nog weigeren te eten. Ze gaan in hongerstaking tot ze overlijden. Ik wil mijn lieve oude vriendin niet op een idee brengen, dus zwijg ik over dit alternatief.

Een week later neemt ze de hele zondagmorgen haar telefoon niet op. Ongerust zoek ik haar op. Vanuit de deuroping zie ik via de openstaande slaapkamerdeur dat ze in een vreemde onnatuurlijk houding in haar nachtjapon op bed ligt. "Wakker worden", schreeuw ik. Ze beweegt, is erg verward. Ze ligt, zegt ze, al twee dagen op bed omdat haar rechter been verlamd is. De enige 'passanten' waren de afgelopen dagen de zusters die 's morgen en 's avonds controleerden of zij haar 22 verschillende medicijnen innam.

"Kom op, we drinken lekker samen een koppie thee in de huiskamer". Ze krabbelt overeind, met een wandelstok redt ze het net en zowaar zit ze tien minuten later weer op de vertrouwde bank in de huiskamer. Wat aandacht en interesse niet teweeg kunnen brengen.

Bejaardentehuis.
Hugo Borst voert terecht een campagne voor een betere zorg voor demente bejaarden. Er valt nog veel te verbeteren in de verzorgingshuizen, maar ook in de rest van de bejaardenzorg. Ouderen die nog zelfstandig wonen en logisch kunnen nadenken, maar lichamelijke beperkingen hebben, komen niet in aanmerking voor een verzorgingshuis. Terecht. Daar horen ze ook niet. Maar een alternatief is er niet.

Ze vereenzamen. Ik zou zo graag willen dat mijn vriendin nog een keuze had, dat ze kon kiezen tussen die 'eindpil' of in een zorginstelling wonen waar ze gelijkgestemden ontmoet, zeg maar wat nog niet zo lang geleden een bejaardenhuis werd genoemd. Die bestaan niet meer, wegbezuinigd. Hoogbejaarden zoals mijn vriendin vallen tussen wal en schip.

Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.