Leven in een Flipperkast
Vroeger had elk huisje
zijn of haar kruisje.
Later volgde het leven
als een pijp kaneel.
Een ieder kreeg zijn deel.
Het leven nu staat gelijk aan
leven in een grote flipperkast,
hectisch en vaak tot last.
Voortdurend op je tenen
staan en hijgend met
je tong op de schoenen.
Flipperend, flipper na flipper
weer een bal kwijt, bal
na bal, na bal.
Flipperkastvoetbal van
Feyenoord, bal na bal,
finaal weer de weg kwijt.
Flipperend door dit moordende
leven gaan, totaal geflipt.
Elke keer weer, ‘kantje-boord’
Flipper de flipper, al vloekend,
schreeuwend uit wanhoop,
geen ontkomen meer aan.
(‘U allen de ballen’, riep
ooit wijlen Frans Vogel)
O, flipperkast, o, flipperkast,
wie wordt onze volgende outcast?
Kom gerust voorgoed uit de kast.
Vanuit de broeikast in de koele kist.
Bal na.
Jim Postma