Omicron-subvarianten BA.4 en BA.5 in opkomst (+weekcijfers RIVM)
In maart en april hebben we afscheid genomen van vrijel alle corona maatregelen. Dit heeft niet geleid tot extra druk op de zorg. Toch is het virus niet weg. Dit najaar, of misschien nog in de late zomer, kunnen we weer een opleving in het aantal besmettingen verwachten, of kan een nieuwe besmettelijke variant opduiken.
Zijn we voorbereid op een nieuwe golf?
Of de zorg een nieuwe golf aankan is niet vanzelfsperekend. De NOS ging op onderzoek bij deskundigen en vond veel twijfel. Mark Kramer, de opvolger van Ernst Kuipers waarschuwt: 'Veel van het zorgpersoneel heeft niet kunnen herstellen. Het ziekteverzuim is nog steeds hoog en de druk op mensen dus ook."
SARS-CoV-2 Omicron-subvarianten BA.4 en BA.5 in opkomst
BA.4 en BA.5 werden voor het eerst ontdekt in januari en februari 2022 in Zuid-Afrika en sindsdien zijn ze daar de dominante varianten geworden. Voorlopige studies suggereren een significante verandering in antigene eigenschappen vergelijking met de nu heersende BA.1 en BA.2 varianten. De nieuwe varianten worden door het lichaam minder goed herkent.
In Portugal heeft de BA.5 als stevig postgevat. Het Portugese National Institute of Health schatte dat BA.5 al goed was voor circa 37% van de positieve gevallen. Dat gaat vergezeld van een toename van het aantal COVID-19-gevallen. Het geschatte dagelijkse groeivoordeel voor BA.5 ten opzichte van BA.2 is 13%. Uitgaande van een dergelijke groei, zal BA.5 tegen 22 mei 2022 de dominante variant in Portugal zijn.
Het waargenomen groeivoordeel voor BA.4 en BA.5 is waarschijnlijk te wijten aan hun vermogen om immuunbescherming door eerdere infectie of vaccinatie te ontwijken, vooral als die langer geleden is.
Update RIVM SARS CoV-2: 17 mei 2022
In de afgelopen weken was de omikron BA.2 het meest aanwezig. Deze variant werd in 98% van alle sequentiebepaling van week 16 en 17 gevonden. Omikron BA.4 is 3 keer aangetoond: in week 14, 15 en 16. Omikron BA.5 is één keer aangetoond in week 16 en twee keer in week 17.
Afgelopen week | Voorgaande week | |
---|---|---|
Gemelde personen met positieve test uitslag (SARS-CoV-2) | ||
Aantal nieuwe meldingen (op datum zoals gepubliceerd door het RIVM) | 8.3721 (46 per 100.000 inwoners) |
10.0072 |
Totaal aantal nieuwe ziekenhuisopnames van patiënten met SARS-COV-2 (inclusief IC-opnames) Nieuwe ziekenhuisopnames van patiënten met SARS-COV-2 (inclusief IC-opnames) zonder patiënten met een andere opnamereden dan SARS-CoV-2 |
215
172 |
311
252 |
Totaal aantal nieuwe opnames van patiënten met SARS-COV-2 op IC Aantal nieuwe opnames op de Intensive Care zonder patiënten met een andere opnamereden dan SARS-CoV-2 |
17
11 |
23
19 |
Overleden | 16 | 19 |
SARS-CoV-2 testen door de GGD per kalenderweek | week 19 | week 18 |
Totaal aantal afgenomen testen waarvan uitslag bekend is Aantal positieve testen Percentage positieve testen |
13.152 6.923 52,6% |
15.465 8.248 53,3% |
Meest recente berekening | Een week eerder | |
Reproductiegetallen | Op 2 mei | Op 25 april |
Op basis van meldingen | 0,89 (0,85 - 0,94) | 0,95 (0,90 - 1,00) |
Op basis van ziekenhuisopnames | 0,79 (0,49 - 1,14) | 0,78 (0,49 - 1,11) |
Op basis van IC-opnames | 0,81 (0,00 - 2,71) | 0,82 (0,00 - 2,71) |