Na veertien mei negentienveertig

14 mei 2021 door incidentele auteur
Na veertien mei negentienveertig
Nieuwehaven Mei 1940 Foto Collectie Museum Rotterdam

Er was de sfeer van opgeruimd verdriet, vrachtwagens reden
plenty tranen uit, je was niet langer werkeloos, je ruimde puin
met overlevers zonder adagium niet poetsen, maar huilen
maar met de woede van vooruitgangsdrift: de gevels neer

de straten leeg, 1k lijkvrij, terwijl een ramptoerist zich
in een nazipak stak, de afgefikte binnenstad met eigen ogen
vastlegde voor thuis, hielp poetsen pragmatisme aan zijn naam
noem de puin die rondgereden, opgeslagen aan de harreweg

voor de geplande provinciale weg, als eilandjes van kralingen,
pier in de waalhaven, pijlers van de maasbrug, korrelbeton in huis,
de bospaden van oisterwijk, van steenwijk, spaanse polder
en de rotterdamse hoek, het vliegveld leeuwarden, iets met

het zuiderzeewerk werd, dus niet vergeten die gedaantewisseling
van wat in deze stad tegen de vlakte ging en zeker niet vergeten
handen op en draag de hemel, wat zadkine ons heeft voorgedaan:
zijn woest pleidooi, een frons in brons, ons dwaze voortbestaan.

©Anne Vegter, 2021, Stadsdichter

Meer over:
Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.