De politiek verkoopt ons schijnveiligheid

13 mei 2009 door de redactie
De politiek verkoopt ons schijnveiligheid

Weg met die camera’s, we willen echte agenten

Regelmatig bots ik met al die zogenaamde veiligheidsmaatregelen in Rotterdam. Niet omdat ik tegen veiligheid ben. Integendeel. Het gaat me er om dat deze maatregelen niet helpen.

Ze zijn er voor de buitenwacht. We moeten de indruk krijgen dat er werkelijk wat wordt gedaan aan de criminaliteit, omdat de politiek dat zo wil.

Daarom worden er brave burgers zo maar op straat gefouilleerd. Je ziet die fouillering-teams, met zes tot twaalf uniformen tegelijk al in de verte aan komen wandelen. Iedereen die niet deugt is al lang verdwenen. Bij de politie weten ze ook wel dat het allemaal onzin is, het moet nu eenmaal. Deze demonstratie van onmacht. Hetzelfde geldt voor het veelgeroemde cameratoezicht. In wezen gewoon een bezuinigingsoperatie. Ooit was ik een jong agentje in de jaren zeventig en had ik iedere dag wandeldiensten, fietsdiensten en toezicht in het Metrostation, waar permanent politiemensen rondliepen.

Veiligheid

Ik ben vervangen door camera’s. Die kosten aanzienlijk minder. Maar met een camera kun je geen praatje maken, je kunt ook de weg niet vragen en bovenal; je kunt er geen veiligheid zoeken. Nu zitten politiemensen, die in de metrostations moeten zijn, achter een scherm te koekeloeren hoe we ons daar gedragen. Cameratoezicht werkt repressief optreden in de hand, terwijl lijfelijke aanwezigheid van politiemensen voorkomt dat er geweld is. De politiek moet niet camera’s eisen, maar agenten van vlees en bloed. Let wel: geen stadsmariniers, geen stadswachten, nee, goed opgeleide agenten. Gewoon een prima politiekorps. Kost wat, maar dan krijg je ook wat.

Rechercheurs

Aan de werkelijke problemen bij de politie wordt weinig gedaan, omdat die problemen niet scoren bij het grote publiek. Wie staat er stil bij het grote tekort aan rechercheurs? Veel meer misdrijven zouden opgelost kunnen worden, terwijl iedereen weet dat juist een hoog oplossingspercentage de beste bestrijding is van criminaliteit. Zelfs als er een grote kans is dat bijvoorbeeld een inbraak kan worden opgelost, is er geen tijd voor een onderzoek.

Een simpel voorbeeld: Pas was er een inbraak in mijn oude Rotterdamse wijk. De bewoners vonden op de trap een sigarettenpeuk van de dader(s). Aan de hand van de peuk kan het DNA van de dader worden nagegaan. Door onderbezetting bij het Nederlands Forensisch Instituut (voorheen gerechtelijk laboratorium} duurt het drie maanden voordat de peuk kan worden onderzocht. Met andere woorden: de inbrekers kunnen nog drie maanden hun gang gaan, terwijl er toch een redelijke kans is dat ze kunnen worden opgespoord. Zo gaat dat bij vrijwel ieder misdrijf. Met een goede organisatie en meer mankracht zouden veel meer daders binnen een paar dagen zijn opgespoord. Inmiddels is de inbraak vijf maanden geleden, de bewoners hebben niets meer vernomen.

Jammer dat die lui van het fouillering-team niet bij het Nederlands Forensisch Instituut werken. Daar zouden ze echt kunnen bijdragen aan de veiligheid.

 

 

Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.