Er zijn geen moffen meer
Ooit heb ik in Rotterdam met enkele anderen aan de wieg gestaan van een stichting met de naam ‘De buren’. Dat was naar aanleiding van een korte golf anti-Duitsgezindheid toen een radiopresentator naar aanleiding van enkele gebeurtenissen in Duitsland had opgeroepen een briefkaart aan de toenmalige Duitse Kanselier Helmuth Kohl te sturen met de tekst ‘Wij zijn woedend’.
De stichting had tot doel een beter begrip tussen de buren Nederland en Duitsland tot stand te brengen.
Steun
Ik kan mij herinneren dat enkele Rotterdamse bedrijven en ook het Gemeentelijk Havenbedrijf dat van harte steunden. De actie sloeg ook nergens op. En latere gebeurtenissen in ons eigen land had de Duitsers minstens zo veel recht gegeven ons met een zelfde tekst te bestoken.
Ook toen al was de kennis van het Duits, de Duitse cultuur en politiek bij de jongere generaties erbarmelijk. Het was zelfs zo dat jonge managers door Rotterdamse haven- en transportbedrijven verplicht op cursus werden gestuurd. Niet alleen om behoorlijk Duits te leren, maar ook om wat meer achtergronden te leren van de Duitse cultuur. Gelukkig had Duitsland ook in Rotterdam het Goethe instituut dat tot op de dag vandaag in alle werelddelen de aandacht vestigt op de Duitse schrijvers, dichters en componisten.
Normaal
Het vreemde is dat direct na de Tweede Wereldoorlog op alle middelbare scholen Duits een normaal vak was. Je deed er ook eindexamen in. De bestuurders uit die tijd wisten wel aan welke kant de Hollandse boterham gesmeerd kon worden. Zelf weet ik nog wel dat ik als puber bijzonder onder de indruk was toen mijn Duitse leraar het volgende gedicht sonoor voordroeg:
Wer reitet so spät,
durch nacht und Wind.
Es ist der Erlkönig,
mit seinem Kind.
Natuurlijk hadden we de bezetting met alle ellende van dien achter de rug. Maar de boeken van Erich Kästner, Kurt Tucholsky, en later Heinrich Böll en zelfs Günter Grass maakten diepe indruk op ons. Duitsland was niet alleen het land van Hitler en de nazi’s, maar ook het land van een cultuur waaraan we af en toe een puntje konden zuigen.
Inzicht
Mijn vader en zeker mijn grootvader hadden als Nederlandse vakbondsbestuurders van het ook sociaal-democratische NVV een scherp inzicht wat er precies in Duitsland gebeurde na de machtsovername door Hitler in 1933. Vrijwel direct werden communisten, socialisten en vakbondsbestuurders afgevoerd naar concentratiekampen net over de Nederlandse grens bij Emmen. De vermogens van hun organisaties werden in beslag genomen. Het waren nog geen vernietigingkampen zoals later met betrekking tot de joden de Holocaust zich heeft ontvouwd. De werkdruk was echter dusdanig dat een bovengemiddeld sterftecijfer normaal was. In het boek ‘De Veensoldaten’ dat voor de oorlog al in Nederland verscheen werd de naziterreur in die kampen tot in alle details omschreven. Soms ontsnapte iemand en wist met steun van vaak Oost-Groningse communisten het toen nog veilige Nederland te bereiken.
Grootvader
Mijn grootvader, ooit begonnen als stoker op een sleepboot in IJmuiden, was toen penningmeester in het hoofdbestuur van de Centrale Bond van Transportarbeiders in Rotterdam. Hij regelde veel voor de gevluchte Duitsers. Er waren veel vrienden van hem bij. Hij zorgde voor verblijfsvergunningen. Voor visa naar andere staten en natuurlijk financiële ondersteuning.
Uiteindelijk hebben zijn Duitse vrienden hem zijn grootste triomf bezorgd. Op advies van zijn Duitse vakbondsvrienden bracht hij – en enkele andere bestuurders- de totale stakingskas van die bond 1,1 miljoen gulden naar Londen. Hij werd – net als mijn vader – direct na de bezetting op staande voet ontslagen.
Maar nooit heb ik hem en mijn eigen vader op het woord moffen kunnen betrappen. Zij hadden het over Duitsers en natuurlijk de verwerpelijke nazi’s.
Democratie
De Amerikanen hadden dat als eersten door. In tegenstelling tot wat nu in Irak en waarschijnlijk straks in Afghanistan gebeurt, werkten zij tijdens de oorlog al aan gedetailleerde plannen om in het bezette Duitsland een volwaardige democratie te vestigen. Daarbij hoorde een vrije pers en ook een vrije en onafhankelijke vakbond. Direct na de bevrijding werd eerst mijn grootvader, en later mijn vader, betrokken bij die wederopbouw van een nieuwe vakbondsorganisatie in de door de Amerikanen bezette zone van Duitsland.
Als kinderen merkten we dat. Ze kwamen thuis met kleding en andere attributen uit de Amerikaanse legerwinkels die in het verarmde Nederland groot opzien baarden.
Maar goed. Het is gelukt. Duitsland is nu het machtigste land van de EU. Maar wel een overtuigde democratie. Vooral in de reactionaire Britse pers wordt Angela Merkel nu afgeschilderd als een soort semi-Hitler. Zij zou nu met de gezonde financiering van haar land op slinkse wijze de macht in Europa grijpen.
Wie, zoals ik, regelmatig in Duitsland komt, weet dat dit klinkklare onzin is.
En laat die Duitse studenten ook maar naar Nederland komen. Zij hebben het hier naar hun zin. Hadden we dat in de jaren dertig van de vorige eeuw maar gedaan.