Verloedering in wijken nog erg hoog

Er is wel een duidelijke verbetering ten opzichte van 2008 maar de bewoners van de politieregio Rotterdam-Rijnmond zijn gemiddeld genomen minder positief over de leefbaarheid van hun buurt en de buurtproblemen dan in Nederland totaal.
De verloedering wordt het grootst ervaren in de stad Rotterdam zelf. Vooral de rommel op straat en bekladding van muren is een doorn in het oog van de stadsinwoners. Met name gebeurt dat in de ‘verloederde’ wijken.
Hondenpoep
Het lag ook wel voor de hand dat de hondenpoep op straat het hoogst scoort in de ervaringen van de mensen over de fysieke verloedering van hun buurt. In de regio Rotterdam-Rijnmond gaf in 2011 31,6 procent van de ondervraagden aan dat zij zich daaraan ergeren, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. In 2008 was dat percentage 36,6 procent. Een verbetering dus, maar nog een hele grote hinderfactor.
Een mooie vraag voor een vervolgonderzoek: zou de overige circa 70 procent over een hond (of kat) beschikken?
In de gehele Rotterdamse regio gaf in 2011 27,3 procent aan zich te ergeren in hun buurt aan de rommel op straat (in Nederland als geheel slechts 19,9 procent). De bekladding van muren en gebouwen stoort 11,5 procent van de mensen in de politieregio Rotterdam-Rijnmond (Nederland totaal 6,8 procent).
Sociale controle
Maar zoals gesteld, deze beide vormen van verloederingen zijn in de wijken van Rotterdam het hoogst. In de meeste dorpen en (kleinere) gemeenten om Rotterdam is dat veel minder. Waarschijnlijk omdat daar de onderlinge sociale controle veel groter is.
Opvallend in de CBS-cijfers is dat in Rotterdam-Rijnmond de beleving van onveiligheid samen met die van politiedistrict Haaglanden (Den Haag en omgeving) ongunstiger is dan in gemiddeld Nederland. Zal het een met het ander te maken hebben?
Op het platteland in Nederland is men gemiddeld genomen veel positiever over de leefbaarheid van de buurt. Dat geldt vooral voor het noorden en oosten van het land.
Een positief gegeven in Rotterdam-Rijnmond is dat het aandeel inwoners dat slachtoffer is geweest van een of meerdere delicten ten opzichte van 2010 is afgenomen.
Politici
De grote vraag is in hoeverre plaatselijke politici – naast het landelijke beleid tegen verloedering – nog extra maatregelen kunnen nemen om de leefbaarheid in vooral de stad Rotterdam te bevorderen. Vaak heeft het ook met een geldkwestie te maken (méér politie, méér toezicht) en daarom is het maar de vraag of de sterk bezuinigende gemeente Rotterdam daarvoor extra middelen wil en kan vrijmaken.
De aanpak van verloedering is vaak een cirkelredenering. Meer toezicht en hogere boetes kunnen helpen, maar zodra goede resultaten worden bereikt wordt daarop weer bezuinigd, ook omdat de inkomsten (uit bekeuringen) teruglopen. Met minder (sociale) controle zien mensen die het niet zo nauw nemen ook weer hun kans om ongestraft te gaan bekladden, honden op foute plaatsen uit te laten, blikjes en flessen op straat te donderen of zich zelfs ‘crimineel’ te gedragen.
Privacy
Het leuke van dit soort discussies is ook dat er politici zijn die – hoewel zij het niet direct zullen toegeven – een hogere prioriteit geven aan de privacy van de mensen, dan hun al bij de eerste overtredingen van rommel, hondenpoep en graffiti met een boete te bestraffen. Zij vinden dat met ‘eerst waarschuwen’ kan worden volstaan, bang als ze zijn dat de grote steden ‘mini politiestaatjes’ worden.
Een harde aanpak versus soft. Doemt meteen de vraag op welke politieke partijen een ‘hard’ beleid voorstaan en welke een softe aanpak. Daarover kan ik echter alleen maar in het algemeen oordelen.
Voor Leefbaar Rotterdam kan de aanpak niet streng genoeg zijn. De VVD worstelt met zijn liberale opvattingen dat mensen zelf individueel een grote verantwoordelijkheid hebben. De PvdA zit daar ergens tussenin en toont vaak te veel begrip voor zijn laag opgeleide (en soms verloederde!) achterban. Het CDA wil ook wel dat de mensen zich netter gedragen maar hebben ook veel te veel ‘naastenliefde’.
Sekte
De SP is hierin een nogal socialistische sekte (alles wat deze groep zelf doet of bedenkt is acceptabel, het zijn de anderen die zich te buiten gaan). Groen Links en D66 zien het probleem wel maar durven in deze kwestie niet harde (rechtse?) standpunten in te nemen.
Er is natuurlijk een belangrijk drukmiddel van de fatsoenlijke inwoners van de stad ten opzichte van hun politici: niet alleen in hun stemgedrag, maar door daadwerkelijk te verhuizen naar gemeente om Rotterdam die wel heel positief scoren in hun leefbaarheid.
Hoewel het vaak enorme (financiële) consequenties heeft, gebeurt dat al enigszins jaar en dag. Het is vaak ook de belangrijkste reden – naast het aanbod van kwalitatief betere woningen – om de stad te verlaten. Anderen – ook uit wat minder ontwikkelde landen – trekken weer naar de stad omdat zij menen het in Rotterdam beter te krijgen en misschien ook wel omdat zij in een stedelijke omgeving gemakkelijker in hun gedrag hun gang kunnen gaan.