Volkslied havenmannen: ‘Vogel op dak’
Ze zijn misschien niet zo bekend meer vanwege hun pensionering en/of ziekte. Beiden waren havenman van het jaar. De Ruiter in 1983 en Schoufour in 1987.
Wie kan hen beter schetsen dan de nieuwe voorzitter van de Stichting Haven-man/vrouw van het Jaar, Frank de Kruif?
Verandering
,,Jacques
Schoufour heeft de verandering meegemaakt van het Rotterdam van de
havenbaronnen naar de haven waarin internationale concerns het voor het zeggen
kregen. Hij heeft daar zelf ook een rol in gespeeld. Hij stond mede aan de
basis door in de bulksector een aantal familiebedrijven te laten fuseren. Het
bedrijf waarvan hij aan de wieg heeft gestaan, de EMO, werd onderdeel van HES
Beheer dat nu wordt overgenomen door een Amerikaanse
investeringsmaatschappij.’’
Piet de Ruiter was volgens De Kruif wel een Havenman van het Jaar, maar kwam niet echt uit de haven. ,,Hij was een econoom en politicus die in het vroegere openbaar bestuur Rijnmond terechtkwam. Hij was een representant van de polder, waartoe de haven met zijn grote tegenstellingen tussen havenarbeiders en werkgevers in zijn tijd – begin jaren tachtig - nog niet behoorde. Er waren toen geregeld mannen van zijn slag nodig om in lange en harde onderhandelingen de breuken te lijmen en de sociale rust te bewaren.’’
CHIO
Hoewel wonend in
België, net over de grens, was Jacques Schoufour vaak in Rotterdam te zien en
luid en duidelijk te horen. Als een ware Rotterdammer strooide hij glimlachend,
grappen en grollen makend, te pas en te onpas met gvd’s. Het meest bekend was
hij als de grote man (erevoorzitter) achter het CHIO Rotterdam. Als
paardenliefhebber heeft hij dat met vele rijke relaties op touw gezet.
Het verhaal gaat
dat hij zelfs in zijn laatste jaren een lievelingspaard had waarop hij graag
reed en aangezien hij slecht ter been was, was er een speciale installatie voor
hem gemaakt om het paard te bestijgen. Enkele dagen voor zijn levenseinde werd
hij opgenomen in een ziekenhuis in het Belgische Brasschaat. Zijn vrouw was al
lang daarvoor overleden. Zijn rijke nalatenschap heeft hij goed geregeld door
vele instellingen te bedelen.
Als Rotterdammer
in hart en nieren was hij vaak te zien in zijn geboortestad. Hij was zoals vele
rijk geworden Rotterdamse havenbaronnen vanwege de vermogensbelasting indertijd
naar België verhuisd en is daar blijven wonen op een mooi complex. Tegenwoordig
zijn er veel minder verschillen tussen de landen.
Aanwezig
Bij vrijwel elke
huldiging van de nieuwe havenman Haven- man/vrouw van het Jaar was hij begin
januari nadrukkelijk aanwezig. Dat was niet voor niks want hij heeft wel wat
betekent in de roerige historie van de haven. Na zijn opleiding bij het
Rotterdamsch Lyceum (jawel nog met ‘ch’) in 1940-45 heeft hij de gehele
ontwikkeling van de Rotterdamse haven van na de Tweede Wereldoorlog meegemaakt.
In 1953 werd hij
directeur van Frans Swarttouw’s Havenbedrijf, later lid van de raad van bestuur
van het Zwitserse Thyssen-Bornemisza Europe waar hij uiteraard de Rotterdamse
havenportefeuille beheerde met het massagoedoverslagbedrijf Frans Swarttouw.
Uiteraard was hij ook nog lid van het bestuur van de havenwerkgeversvereniging
SVZ (tegenwoordig Deltalinqs) waarvan hij nog twee jaar voorzitter is geweest.
Anekdotisch voor
de Rotterdamse havenwereld is dat hij nog een jaar net na de oorlog in Londen
heeft gewerkt als havenarbeider. ,,Daar heb ik leren staken…’’
Hij maakte
dikwijls deel uit van de Rotterdamse havenmissies die in het verre buitenland
klanten gingen werven. In de vele interviews bij zijn benoeming tot Havenman
van het jaar zei hij: ,,Het gebeurde wel eens dat tijdens de bezoeken aan Japan
of de VS de gastheren in de late uurtjes begonnen te zingen. Dan moesten wij
van onze kant ook iets doen. Omdat ik zo’n harde stem heb moest ik vaak de
samenzang leiden. Eens hebben we het lied gezongen: ‘Er zat een vogeltje op het
dak die kon niet kakken, enz...’. Dat werd mooi gedragen gezongen. Ze dachten dat
het ons Nederlandse volkslied was. We kónden niet meer...”
Herstructurering
Piet de Ruiter
werd benoemd tot Havenman van het Jaar 1983 voor zijn aandeel in de altijd
moeilijke herstructurering van het ouderwetse stukgoed dat in die tijd werd
overvleugeld door de nieuwe ladingsverschijningsvorm, de containersector. Want
in de ouderwetse stukgoedsector verdwenen vele duizenden arbeidsplaatsen van
traditioneel laag opgeleide havenwerkers.
De
oud-Rijnmondbestuurder was in 1981 gevraagd als voorzitter van de
onderhandelingen over een sociaal akkoord. Het is hem gelukt het gesprek tussen
werkgevers en werknemers, die keihard tegenover elkaar stonden, anderhalf jaar
gaande te houden tot het akkoord er lag.
De Ruiter was ook
het voorbeeld voor de coryfeeën in de Rotterdamse haven die een steeds hogere
opleiding kregen. Hij had economie gestudeerd aan de Nederlands Economisch
Hogeschool (HES) die overigens veel havenmanagement heeft voortgebracht.
Hij noemde zijn
taak in het oude stukgoed ’leiding geven aan een groot gevecht’, waarin de
partijen zelf hun problemen moesten oplossen. Het tegenwoordige poldermodel
dus. De Ruiter: ,,Ik heb er veel van geleerd.’’ Later is hij nog directeur
economische zaken van de gemeente Rotterdam geweest. De Ruiter was gehuwd en
kreeg twee kinderen.