Juwelier blijft vechten voor z'n bestaan
,,Dat zijn we niet gewend en willen we beslist niet,'' vertelt Khaled (43), die net als Ghada Mohammed (37) afkomstig is uit Giza. Zij zijn geen vluchtelingen die met de moed der wanhoop het vrije westen van Europa wilden bereiken, maar hard werkende Egyptenaren die het aandurfden hun eigen winkel tijdens het dieptepunt van de crisisjaren te openen op de Oudedijk in Rotterdam-Kralingen.
Leraar
Khaled is 18 jaar, studeert en behaalt in Egypte het hogeschooldiploma ´leraar Engels´ als hij en zijn beste vriend, die ´international business´ studeert, een Hongaarse leeftijdsgenoot leren kennen die zijn vleugels al wijder heeft uitgeslagen en in Duitsland studeert. Deze nodigt Khaled en zijn maat uit om tijdens een vakantie in Múnchen te komen kijken.
Zo gezegd, zo gedaan en na de paar maanden die het duurt om een visum te krijgen reist Khaled via vrijwel dezelfde route die nu de vluchtelingen nemen naar de Duitse ´bier- en wijnstad´. Alleen, zijn maatje wil eerst zijn studie afmaken. In München ontdekt Khaled hoe vreselijk weinig salaris een leraar Engels in Egypte eigenlijk verdient.
Dertig euro per maand, een vetpot is het inderdaad niet. Om meer te verdienen moet hij privélessen geven aan eigen veelbelovende leerlingen, maar dat stuit hem tegen de borst. ,,Naar andere privéleraren mogen de leerlingen niet,'' vertelt hij. ,,Extra geld verdienen aan mijn eigen leerlingen ligt me echter niet.''
Hij probeert in München verder te studeren om iets hoger op de Egyptische maatschappelijke ladder te kunnen klimmen maar daarin voorziet zijn visum niet. Geen nood, de Hongaarse kameraad weet nog wel een oplossing en neemt hem mee naar Tholen in Nederland.
Werkvergunning
Ook hier blijkt Khaled niet verder te kunnen studeren maar hij kan wel een werkvergunning krijgen, iets dat je tegen Khaled maar één keer hoeft te zeggen. In een restaurant verdient hij al gauw meer dan in Egypte en hij kan voor het eerst in zijn leven gaan sparen.
Van zijn Egyptische vrind hoort hij na verloop van tijd dat zijn jeugdvriendinnetje in Egypte hem zo mist. Khaled keert voor een vakantie terug naar zijn vaderland en weet Ghada over te halen met hem mee te gaan naar Nederland, naar een restaurant van vrienden in Bergen op Zoom.
Magere en vette jaren wisselen zich daar af, het werk ligt niet altijd voor het opscheppen, gasten in een eigen restaurant in Lekkerkerk krijgen ook steeds minder geld om te besteden en Khaled pakt een baan aan in Rotterdam, in het Hilton Hotel.
Ghada gaat natuurlijk met hem mee en dan volgt er weer gezinsuitbreiding. Gelukkig en blij leert Khaled wat de Rotterdamse uitdrukking ´Stroop je Mouwen Op´ betekent, werkt zich drie slagen in de rondte en ook Ghada zit geen seconde stil.
Opnieuw kan er geld opzij worden gelegd voor de droom die zij samen hebben: een eigen winkel niet alleen voor zichzelf maar ook voor de toekomst van hun kinderen.
Ghada blijkt in Egypte heel veel te hebben geleerd over edelstenen, terwijl Khaled van huis uit over een ruime kennis van antiek, schilderijen, postzegels en munten beschikt. Zij vullen elkaar goed aan en beginnen met handelen vanuit hun woning.
Tot zo´n drie jaar geleden hun droom werkelijkheid wordt: ´Bijoux Dody´ wordt zonder buitensporige tamtam geopend, want ook dat ligt de Egyptenaren niet. Bovendien zijn ook zij doordrongen van de ernst van de crisistijd.
Wie de winkel, die boordevol aparte sieraden hangt, binnenstapt wordt hartelijk begroet en verder met rust gelaten om op het gemak rond te kunnen kijken.
Er is van alles te vinden, van dure diamanten tot plastic oorclips; van dure merkhorloges tot kleine armbandjes; van prachtige originele colliers tot een eenvoudig kettinkje. Na een korte tijd rond te hebben gesnuffeld, komt de verrassende vraag: ,,Wilt u misschien iets drinken? Koffie, thee, limonade, cola, zegt u het maar.''
Inderdaad, gastvrijheid is ook een opvallende eigenschap van de Egyptenaren. Echt verwonderlijk, dat deze winkel een groot aantal vaste klanten heeft, is het dus ook niet. Die komen overal vandaan uit Antwerpen, Groningen, Zeeland en uiteraard uit Kralingen. Ook zijn er Rotterdamse vrienden, die regelmatig zomaar even binnen komen lopen om een praatje te maken.
Missen zij Egypte niet? ,,Nee,'' zegt Khaled meteen. ,,Voor geen goud zou ik terug willen. We houden van rust en van de natuur. In Egypte is overal zo´n herrie en het is erg materialistisch ingesteld. Een week of twee vakantie is goed te doen. ´t Is altijd fijn om onze familie terug te zien, maar dan willen we weer naar Nederland, naar Rotterdam. Ik ben van dit land gaan houden alsof het mijn eigen vaderland is.''
Ook Ghada denkt er zo over. Afgelopen zomer heeft zij drie weken bij haar familie doorgebracht. ,,Een heerlijke tijd en toch was ik blij toen ik de sleutel in het slot van de voordeur van het huis in Capelle aan de IJssel kon steken en onze kinderen weer kon omhelzen.'' Eén van de kinderen is uit het eerste huwelijk van Khaled en inmiddels is het zevende kindje op komst.
Terwijl zij vertelt dat alles goed gaat en dat het waarschijnlijk een meisje is zit Khaled op zijn computer naar aparte opvallende sieraden te zoeken die op befaamde veilingen in binnen- en buitenland worden aangeboden en nergens anders te koop zijn.
Aanpakken
Hier gaat dagelijks veel van zijn tijd inzitten. ,,Je moet echt alle veilingen in de gaten houden, anders loop je de mooiste spullen mis. Dat kunnen we ons niet veroorloven,'' vervolgt hij. ,, Men zegt wel, dat de crisis hier voorbij is, maar daar merk ik niets van. Het blijft aanpakken en volhouden. Zo koop ik ook oude gouden en zilveren sieraden, horloges en munten van klanten in tegen de geldende dagkoers.
Ook alle soorten kapotte sieraden die, als ze niet meer te repareren zijn, worden omgesmolten. Niets wordt zomaar weggegooid, dat is slecht voor het milieu. In Egypte is de mentaliteit iets anders waardoor er meer milieuvervuiling is dan hier.''
Hij zucht even bijna onhoorbaar en zegt dan: ,,De eerste twee jaar zijn erg moeilijk geweest en kreeg ik zelfs het advies de winkel maar te sluiten. Iets waar wij allebei op tegen waren. Je begint iets en dan moet je doorzetten, dat leren wij ook onze kinderen.''
,,Kijk, zeggen we dan, als je naar een ander land gaat, moet jij je aanpassen. Daar krijg je veel warmte en liefde voor terug. Opgeven en een uitkering aanvragen, hoort daar niet bij. Dat is iets voor luie mensen.''