Nederlandse vogels gaan voor korte de afstand. Die uit Spitsbergen kiezen voor wind in de rug

(Door Nomikos Skyllas en Richard Bintanja / KNMI)
De lente is begonnen en de Noordse stern gaat weer beginnen aan zijn jaarlijkse tocht van de Zuidpool naar de broedgebieden op Spitsbergen en in Nederland. In een nieuwe studie laten we zien dat de route die ze volgen nauw samenhangt met het klimaat. De wind blijkt een grote rol te spelen en ook de afstand en de beschikbaarheid van voedsel onderweg blijkt van belang.

Vliegroutes van trekvogels
Trekvogels reizen elk jaar duizenden kilometers tussen hun broed- en overwinteringsgebieden, waarbij ze steevast bepaalde 'vliegroutes' volgen. Om deze routes te begrijpen, moeten klimaatwetenschap en ecologie met elkaar verbonden worden. Vliegroutes zijn namelijk niet willekeurig; de routes worden beïnvloed door klimaatpatronen.
Zeevogels in de Atlantische en Stille Oceaan volgen bijvoorbeeld vaak een route in de vorm van het cijfer 8: deze bieden sterke en consistente rugwinden, waardoor vogels sneller en met minder moeite van A naar B komen (zie afbeelding 1). De routes leiden de vogels bovendien langs voedselrijke oceaangebieden om te fourageren, om energie in te slaan voor de verdere migratie.
Kunnen deze vliegroutes worden nagebootst met behulp van klimaatgegevens zoals windpatronen en voedselbeschikbaarheid? Zo ja, dan kunnen we met de uitkomsten begrijpen hoe deze routes zijn ontstaan, waarom vogels ze kiezen en zelfs hoe ze in de toekomst kunnen veranderen als het klimaat verandert.

Waargenomen (geel) en berekende (blauw) vliegroutes van de Noordse stern op basis van wind en voedselbeschikbaarheid voor de Spitsbergen populatie en de Nederlandse. De vogels vertrekken in maart vanaf de Zuidpool en arriveren april-mei in de broedplaatsen. Bld. Courtesy KNMI
Methode om vliegroutes te bepalen
Om vliegroutes van Noordse sternen na te bootsen, gebruikten we een methode genaamd 'least cost path'-modellering, vergelijkbaar met hoe Google Maps de beste route voor een bestemming vindt. In plaats van alleen de kortste route te bepalen, houdt dit model ook rekening met windomstandigheden, afstand en voedselbeschikbaarheid. Dit levert vele mogelijke vliegroutes die trekvogels in theorie zouden kunnen volgen (blauwe routes in afbeelding 2). Door deze nagebootste routes te vergelijken met de werkelijk gevolge routes (bepaald door vogels met "trackers" uit te rusten), kunnen we ons op de vliegroutes richten die vogels daadwerkelijk gebruiken. Er blijken twee groepen vogels te zijn (afbeelding 3):
- Vogels uit Spitsbergen volgen een S-vormige route. Dit is zeker niet de kortste route, maar deze route helpt ze energie te besparen omdat sterke en consistente rugwinden ze vooruitduwen. Het is alsof je een bergafwaartse route kiest om brandstof te besparen, zelfs als deze iets langer is.
- Vogels uit Nederland nemen een directere route, want zij geven prioriteit aan een korte afstand en vermijden verstorende zijwinden. Ze besteden minder tijd aan reizen, ook al hebben ze te maken met sterkere tegenwinden en verbruiken ze meer energie. Het is alsof je een heuvelachtige maar kortere weg kiest om je bestemming sneller te bereiken, zelfs als dit betekent dat je meer brandstof verbruikt.
Waarom kiezen vogels deze routes? Beide strategieën, energie besparen of tijd besparen, zijn cruciaal voor trekvogels. Energiebesparende vogels komen in de broedgebieden aan met ruime vetreserves, terwijl tijdbesparende vogels vroeg aankomen om optimale nestplekken te bemachtigen. Deze keuzes benadrukken de nauwe band tussen klimaat en ecologie. Winden, voedselbeschikbaarheid en migratiepatronen werken samen en bepalen waar en hoe vogels zich verplaatsen. Door vliegroutes te bestuderen, kunnen we niet alleen leren over het gedrag van vogels, maar ook over hoe klimaatverandering ecosystemen kan beïnvloeden.

De 20 berekende vliegroutes (groen) die het best overeenkomen met de waarnemingen (geel) voor de Spitsbergen en Nederlandse populatie Noordse sterns. De Spitsbergen populatie kiest voor zoveel mogelijk de wind in de rug, de Nederlandse kiest voor een kortere afstand, minder vaak zijwind en veel voedsel onderweg, maar hebben minder vaak de wind mee. Bld. Courtesy KNMI
De toekomst van vliegroutes
In een vervolgstudie gebruiken we gegevens van klimaatmodellen om te bepalen hoe vliegroutes in de toekomst zouden kunnen veranderen. Zullen vogels dezelfde routes blijven volgen als het klimaat verandert? Inzicht in deze veranderingen helpt ons om klimaatwetenschap en ecologie te verbinden, waardoor we beter kunnen bepalen hoe vogels zullen reageren op een snel veranderend klimaat.