Justitie gebruikt 'zeldzaam' middel bij Drentse kunstroof

Bij het Drents Museum aan de Brink in Assen is in de nacht van vrijdag 24 op zaterdag 25 januari om 03.45 uur ingebroken. Met een explosief is de deur geforceerd. Drie mannen maakten meerdere metalen Tracische topstukken buit waaronder de Tracische (Geto-Dacische) helm van Coțofenești uit de vijfde eeuw voor Christus. De helm is gemaakt uit een legering van goud, zilver en koper, het zogenaamde Electrum. De angst is dat de dieven de helm zullen omsmelten voor de metaalwaarde.
'Opsporingsberichtgeving': met naam en foto in openbaarheid
Intussen zijn meerdere mensen aangehouden. Drie verdachten Drentse kunstroof veertien dagen zitten langer vast. Twee van de verdachten hebben de keuze gekregen: of zeggen waar de geroofde archeologische kunstschat is, of met naam, toenaam en foto in de openbaarheid gezet worden om de opsporing en bescherming van de kunstschat te versterken.
Politie en Openbaar Ministerie kunnen opsporingsberichtgeving inzetten als opsporingsmiddel in strafrechtelijke onderzoeken. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de officier van justitie en de regels voor het inzetten van dit middel staan in de Aanwijzing Opsporingsberichtgeving.
De politie heeft op 30 januari de namen en foto's van twee eerder aangehouden verdachten gepubliceerd. Het zijn:
- Douglas Chesley Wendersteyt uit Heerhugowaard
- Bernhard Zeeman uit Heerhugowaard

Dringend noodzakelijk
Het vrijgeven van de identiteit van een (aangehouden) verdachte is een ingrijpend middel en wordt zelden gedaan, zegt het Openbaar Ministerie dat vervolgt: Na zorgvuldige afweging, geoordeeld dat dit in dit geval dringend noodzakelijk is omdat de gestolen kunstschatten nog altijd niet zijn teruggevonden. Dit heeft nog altijd onze prioriteit.
Of in een tijdperk dat iedereen zijn hebben en houwen op zogenaamde sociale media gooit, het vrijgeven van foto en naam nog echt een drukmiddel is, is een andere vraag.