Van wie is de straat?
Omwonenden, vermoedt de politie, hebben de parkbankjes rond de Markthal vernield. Dat is gebeurd om de daklozen te weren de in steeds groter getale de Binnenrotte tot hun domein maken. Hun aanwezigheid wordt als overlast ervaren. We hebben te maken met wat ze in São Paulo een nobele zone zouden noemen, een buurt voor rijke mensen. Je wilt daar de illusie van welvaart, veiligheid en geluk niet verstoord zien.
Wethouder
Dat is de kern van wat wethouder Ronald Buijt beweegt. Hij hangt overal mosquito´s op, apparaatjes die een hoge pieptoon produceren waar alleen personen van beneden de vijfentwintig last van hebben. Hij is niet boos over de vernieling van de parkbankjes omdat dit een daad van onmenselijkheid is. Hier werd gemeentelijk eigendom beschadigd. Dát zit hem hoog. Het bijbehorend sentiment: daar moeten de belastingbetalers voor opdraaien.
Zo blijft een heel principiële vraag onbeantwoord: van wie is de straat? Wie mogen aan de openbare weg verblijven? Dat is in Rotterdam en de rest van Nederland aan beperkingen onderhevig. De meeste gemeentes hebben een verordening die mensen verbiedt zonder duidelijk doel ergens rond te hangen. Dat is – om het negentiende-eeuws te formuleren – een caoutchouc-artikel, waarmee je iedereen altijd om de oren kunt slaan want wat is ¨doelloos¨?
São Paulo
De vergelijking met São Paulo is niet zomaar gemaakt: deze metropool kent een enorm verschil tussen arm en rijk. Rond stadsdelen met hoge woonflats liggen de favelas, informele wijken waar mensen met weinig geld hun eigen onderkomen in elkaar flansen. Zo ver is het hier nog niet gekomen maar in sommige vakantieparken heersten al toestanden die op het leven in zo´n favela lijken. Ook is São Paulo van oudsher vol met daklozen.
Die laatste ontwikkeling zien wij nu ook in Rotterdam. Dat komt door de woningnood en het feit dat uitbuiters op grote schaal een bed en een baantje voor een hongerloon met elkaar in verband brengen. Wie wordt ontslagen, raakt meteen ook dat bed kwijt. Zo komen juist arbeiders uit andere EU-landen op straat te staan. Letterlijk.
Package deal
De vraag is: als de maatschappij de straat tot jouw woning maakt, mag je dan doen of je er thuis bent: er slapen, aan de zuip gaan, de wereld als je toilet beschouwen omdat je geen eigen WC hebt? Een oud liberaal beginsel luidt: 'Jouw vrijheid eindigt waar die van een ander begint¨. Op grond daarvan kun je echter niet eisen dat personen waarvan aanblik of lijfsgeur je niet aanstaan, worden verwijderd. Als je kiest voor verblijf in een stad waar mensen dicht op elkaar wonen, moet je het nodige van elkaar tolereren.
In dat kader gaat het niet aan mensen het leven zuur te maken als ze jou confronteren met de levensstijl die de maatschappelijke omstandigheden hen hebben opgelegd. En als jij vindt dat het hun eigen schuld is allemaal, dan kan dat niet als excuus gelden voor jouw intolerantie.
De stad kent een politieke meerderheid die gaat voor een onleefbaar Rotterdam. De nare kantjes van São Paulo worden één voor één geïmporteerd. Wie voor schitterende hoogbouw gaat, terwijl je in de armste gemeente van Nederland woont, moet ook met deze consequenties leren leven.
Daar moet je dan als welvarende centrumbewoner niet over zeuren. Het uitzicht op vervuilde zwervers is onderdeel van je package deal als Rotterdammert.
hanvanderhorst[at]vandaagenmorgen[dot] nl