Tien auto's
Bij de eerste auto speelde ook een rol dat mijn jongste zoon net was geboren en het toch wat ongemakkelijk was ons met twee kleine kinderen, een kinderwagen, een buggy en pakken met luiers met het openbaar vervoer naar de diverse opa's en oma's te slepen.
Maar in diezelfde rode DAF spoedden wij ons als jonge onderzoeksjournalisten naar de Europese belastingparadijzen, vaak ongelovig nagestaard door de inwoners van Liechtenstein of echte Zwitsers. De opvolger van die DAF, de Volvo 343, leek al veel meer een echte auto en trok bijvoorbeeld op vakantie in Engeland heel wat bekijks.
De beste auto waarin ik al die jaren heb gereden heette toen nog Datsun. Woonachtig aan de Rotterdamse Leuvenhaven startte de Japanner ook bij tien graden vorst terwijl mijn jaloerse buren hun Europese koetsen maar niet aan de praat kregen.
De auto is natuurlijk ook een statussymbool. In 1991 toen ik met de oud-hoofdredacteur van Het Vrije Volk Gerard Krul in dienst trad van de Britse tycoon Robert Maxwell om in Nederland een nieuwe krant te beginnen mochten we ook een auto uitzoeken. We lieten ‘The Publisher’ zoals hij op Fleetstreet werd genoemd weten dat wat ons betreft een Citroen BX mooi genoeg was.
Per kerende fax antwoordde zijn secretaresse: ,,The ‘Publisher’ heeft besloten dat wanneer zijn vertegenwoordigers in Nederland in een Franse auto willen rijden zij minimaal in een Citroen XM dienen te rijden.”
Achteraf misschien de eerste aanwijzing waarom hij een kleine twee jaar later ongeveer failliet een einde aan zijn leven maakte.
De Citroen XM was net nieuw op de markt en het was de auto waarmee ik het meeste heb stilgestaan. Er zaten nieuwe elektronische snufjes in die de Fransen, mild gezegd, nog niet onder de knie hadden gekregen.
Toen ik na mijn pensionering in 2003 mijn laatste Peugeot had ingeleverd heb ik het toch maar eens zonder auto geprobeerd. De eerste jaren maakte ik ook nog wel gebruik voor de kortere afstanden van de diensten van Green Wheels en dat kan ik iedereen aanraden. Maar ook dat doe ik de laatste jaren niet meer. Het openbaar vervoer in Nederland, vooral wanneer je buiten de spits kunt blijven, is voortreffelijk. En met de kortingen voor ouderen bijzonder goedkoop. Dat geldt voor de spoorwegen, de metro en in de grote steden de trams.
Dus besluit ik als een tevreden reiziger en voetganger.