Wisseltruc
Slenterend door de stad kom ik geheel toevallig een rommelmarktje tegen, dit keer aan de Zwaanshalskade. Vroeger ging ik er bewust naar op zoek via kranten en marktagenda’s . Ooit was ik ermee begonnen met het verzamelen van oude gebedsprentjes met dito teksten. Vaak mooi antiek ingelijst, minstens 50 jaar oud. Om die verzameling steeds meer uit te breiden liep ik stad en land af. Was verslaafd aan dit haast wekelijks ritueel.
Het intrigeerde mij, met name op het platteland, waarom mensen deze fraaie gebedsprentjes wegdeden. Zoals: ‘De God der liefde/ en des vredes/ zij met u.’ En: ‘God is ons eene toevlugt.’ Of: ‘De Heere is mijn herder/ mij zal niets ontbreken.’
Kleurrijke prenten die via oma en opa decennia lang aan de muren hebben gehangen. Dan, na al die tijd (soms wel een eeuw) werd God dus de deur uitgedaan via de rommelmarkt. Ik vond dit altijd een merkwaardig fenomeen.
Recent sta ik nu dus bij toeval op de Zwaanshalskade bij een rommelmarktkraam waarbij een lange moslimman staat in een lang wit gewaad met een lange zwarte baard. Aan de hand heeft hij een fraaie sportfiets. Hij is aan het onderhandelen over de prijs van twee paar mooie leren sandalen. De verkoopster wil voor beide paren acht euro hebben.
Na het gebruikelijk handjeklap komt zij uit op zes. Maar de baardman wil niet meer geven dan vijf. Verkoopster en koper raken er door geïrriteerd. Beiden willen niet toegeven. Dan komt de zus van de verkoopster erbij en zegt lachend tegen de man: ,,Het is hier geen kamelenmarkt, hoor! Of wil je soms die kameel van jou,’’ wijzend naar zijn sportfiets, ,,ruilen tegen onze sandalen.’’
Tot ieders verbazing zegt de moslim: ,,Dat is goed hoor. ik wil geen ruzie.’’ De omstanders lachen nu uit volle borst, inclusief de aanstaande koper. Want iedereen beseft dat het hier om een grapje gaat.
Maar intussen zaten de onderhandelingen muurvast. Ter plekke verzon ik nu een wisseltruc om uit deze impasse te komen. Als een soort bemiddelaar.
Uit mijn portemonnee haal ik een euro en geef die tot ieders verbazing aan de verkoopster. Vervolgens kijk ik ‘baardmans’ aan en zeg: ,,Geeft u nu een euro aan mij!’’ Hij kijkt mij achterdochtig aan maar na enige aarzeling en uit nieuwsgierigheid geeft hij mij toch een euro. ,,Zo,’’ zeg ik tegen de man, ,,de koop is gesloten. U hoeft alleen aan die dame nog vijf euro te betalen, zoals u wilde.’’
Vervolgens loop ik onopvallend van dit markttafereel weg. Iedereen in verwarring achterlatend.