‘Hoefter!’
Slenterend langs de Linker Rotte loop ik richting begraafplaats Crooswijk om een oude kameraad op te zoeken. Op weg daarnaartoe kom ik een filiaal van supermarkt Aldi tegen. Plotseling herinnerde ik mij een ‘vergeten boodschap’: Fries roggebrood dat bij een andere Aldi was uitverkocht.
Bij de kassa aangekomen staat daar vlak voor mij een ontzettend zware, nog betrekkelijk jonge vrouw, van zeker 130 kilo. Een zeer potige typische Crooswijkse dame. Haar supermarktwagen is supervol met vet eten zoals worsten, spekkies, stamppotten, taarten en wat niet al. Zij ziet mij staan met mijn ene kleine boodschapje. In plaats van ,,gaat u maar even voor,’’ kijkt zij mij loerend aan.
Zo van: ,,Durf niet voor te dringen jij!’’
Zelf laat ik altijd zo iemand voorgaan.
,,Vet varken!,’’ was het minste wat ik over haar dacht. Vooral omdat ik nu later dan gepland bij de begraafplaats aankwam. Tot mijn verbazing bleek die voor ‘bezoekers’ al gesloten.
Geen maand later is het bij mijn eigen Aldifiliaal aan het Eudokiaplein nog erger.
Bij de kassa staat vóór mij een kleine kalende man, grijs, van in de vijftig. Zijn boodschappenwagen was tot meer dan de nok toe gevuld. Een Turkse middenstander die voor zijn eigen winkel massaal inkopen heeft gedaan.
Achter mij staat een lange zwarte Afrikaan met één fles Cola. En ik deze keer met een pakje stroopwafels.
De middenstander heeft ons gezien, maar begint ijskoud zijn wagen te legen op de lopende band. Er komt geen einde aan…
De Afrikaan kijkt mij begripvol aan, mompelt half in het Engels: ,,Is a Toerk!’’
Ik pas mij bij zijn taalgebruik aan en zeg: ,,No, is a hoefter!’’
De Afrikaan herhaalt vragend, maar keihard: ,,Hoefter?’’
Op dat moment kijkt de Turk in onze richting.
Als door een adder gebeten loop ik spontaan om hem heen en gooi mijn pakje stroopwafels demonstratief in zijn nog flink gevulde supermarktwagen.
,,Hoefter,’’ roep ik nogmaals.
Daarop ontbloot de Afrikaan zijn parelwitte gebit en kijkt mij met grote pretogen na.